Het seksuele leven van Catherine M. baarde in 2001 heel wat opzien. Uit dit expliciete en
tegelijk onderkoelde relaas over haar libidineuze neigingen kwam Catherine
Millet (1948) naar voren als een onverschrokken aanhangster van de vrije
liefde. Geheel tot haar eigen verbazing geraakte de Française echter zwaar van
slag door de buitenechtelijke escapades van haar man en wijdde daar in 2009
haar gevoeligere egodocument Jaloezie
aan. De insteek van Een
droomjeugd is een stuk minder sensationeel, al vertelt Catherine Millet
weer openhartig over hoogstpersoonlijke aangelegenheden zoals haar
masturbatiefantasieën, haar relatie met God en de angsten die haar
achtervolgden.
Haar kindertijd speelde zich
grotendeels af in Bois-Colombes, een voorstad ten noorden van Parijs. Daar
groeide ze op in een piepklein appartement met haar ouders, haar oma en haar
drie jaar jongere broertje. Tussen haar vader en moeder boterde het niet. Lang
vreesde ze daarenboven dat ze gedoemd was om haar autoritaire, opvliegende
broer tot in de eeuwigheid te verdragen. Die angst ebde pas weg in hun
tienerjaren, toen de vechtpartijen plaatsmaakten voor solidariteit tegenover
hun ruziënde ouders.
<br
/> In fictie vond ze te allen tijde beschutting tegen de ‘vuurpoel van de
hel’, zoals ze de toestand thuis bestempelt. Ze las veel, en op school voerde
ze voor haar klasgenoten vertellingen op, waarin ze toespelingen op haar weinig
benijdbare familiekroniek vervlocht. Niet alleen creëerde ze zo een bijzonder
erfgoed voor zichzelf, haar redekunstige optredens legden ook een nevel rond de
realiteit en verzachtten de te scherpe contouren ervan.
Om dit
laatste effect hield ze eveneens van dagdromen. Door alledaagse voorvallen om
te zetten in een verhaal op het moment dat ze zich afspeelden, verkreeg iets
banaals een schittering die een stukje van het dagelijkse leven glans gaf. Een
heel reële omgeving kon zo plots baden in een sfeer die de intensiteit had van
een film of een roman. Catherine Millet, nog altijd een fervent dagdromer,
benadrukt dat dit ‘gespleten leven’ geen vlucht is uit de realiteit, want alles
begint met extra aanwezig zijn in de werkelijkheid, en oog hebben voor het
kleinste detail waaruit die bestaat.
Aan dit waarnemingspatroon, dat
ze al vroeg ontwikkelde, schrijft ze haar opmerkingsgave en haar talent voor
concentratie toe, twee aspecten die het observerende en beschouwende vermogen
van de eminente kunstcritica hebben aangescherpt. Immers, de schrijfster van
intussen drie autobiografische romans is ook de hoofdredactrice van het
internationaal gerenommeerde maandblad art
press, dat ze in 1972 mee oprichtte. Ook andere publicaties over
hedendaagse kunst heeft ze op haar naam staan.
In Een droomjeugd ontleedt ze in welke mate haar moeilijke kindertijd
heeft bijgedragen tot de persoon die ze is geworden. Haar introspectieve
analyse is tevens een ode aan de verbeelding. Catherine Millet zet haar scherpe
observaties om in helder proza waarin ze sprekende metaforen verwerkt. Toch
laat ze evenzeer de indruk na dat ze zichzelf wel erg graag etaleert.
Amsterdam : De Bezige
Bij 2016, 239 p. Vert. van: Une enfance de rêve door Martine Vosmaer en
Karina Van Santen. ISBN 9789023494201
deze pagina printen of opslaan