Ik
moet eerlijk bekennen dat ik romans over westerse blanke mannen die naar Afrika
verhuizen om de wereld te redden nogal terughoudend benader. Ik vind ze
gevaarlijk, omdat ze gemakkelijk vervallen in huizenhoge clichés en stereotypen
(blanke man wordt verliefd op mooie, Afrikaanse vrouw bijvoorbeeld), en vaak
ook achterhaald. De idealisten van
Louise O. Fresco is zo’n roman die van het eigen ‘engagement’ geen geheim
maakt. Aan het einde van de roman is de wereld weliswaar niet veranderd, maar
heeft Fresco de lezer wel aan het denken gezet over zichzelf en de wereld
rondom. Misschien moet ik die initiële schroom dan toch wat vaker onder de mat
schuiven.
Fresco,
van opleiding landbouw- en voedseldeskundige, is met De idealisten niet aan haar proefstuk toe. Ook in haar eerdere
romans, De kosmopolieten en De utopisten, stelde ze zichzelf de
vraag die ze in de verantwoording van De
idealisten als volgt verwoordt:
‘Wat is engagement, wat voor
verantwoordelijkheid heeft de mens om de wereld te verbeteren?’
Die vraag wordt in De idealisten belichaamd door het
personage van dokter Benjamin Marcus, de enige arts in een missiepost in het
fictieve Akuchi, een dorp ergens in Centraal/West-Afrika. Als enige zoon van
een welstellend Joods echtpaar dat tijdens de Tweede Wereldoorlog (‘die andere
oorlog’) in Zwitserland terecht komt, groeit dr. Marcus op in een wereld van
onuitgesproken trauma en materiële overdaad. Nadat hij tijdens zijn
studentenjaren door een extreemlinkse beweging overtuigd wordt om als arts in
opleiding vrijwilligerswerk te doen in Nigeria, begint hij zich steeds meer
vragen te stellen bij zijn burgerlijke bestaan. Hoe zal zijn toekomst eruit
zien als hij in Zwitserland blijft, met zijn rijkeluisverloofde trouwt en
chirurg wordt voor de Zwitserse bourgeois? Marcus komt na de oorlog in Nigeria
wel degelijk terug, maar breekt zijn verloving af en beseft al snel dat hij
niet in Europa kan blijven. Na enkele omzwervingen komt hij uiteindelijk in
Akuchi terecht.
De idealisten is een
ideeënroman. Verwacht geen ingewikkelde plotwendingen of spitsvondige
figurenconstellaties. Het is een exploratie van wat het betekent om
verantwoordelijkheid te voelen voor wat er buiten jezelf ligt. Die exploratie
heeft Fresco bovendien in een wondermooie taal gegoten. De idealisten is allesbehalve een onproblematisch boek, maar elke
zwakte wordt gecompenseerd door de taal waarmee Fresco schrijft; een taal die
schoonheid combineert met contemplatie, die oppervlakte verbindt met diepte. De
spiegeling van de Tweede Wereldoorlog met de oorlogen waar Marcus middenin zit,
een spiegeling die er voor hem voor zorgt dat hij zijn ouders post mortem toch nog leert begrijpen, is
een tegelijk ontroerende en confronterende laag in het verhaal die de roman
tijdelijk weghoudt van een te eenzijdig contrast tussen engagement en
zelfgenoegzaamheid.
Tijdelijk dus. Naarmate het
verhaal vordert, wordt die tegenstelling tussen het engagement van de
hulpverleners in Afrika en de navelstaarderij van de doorsnee westerling zo
zeer op de spits gedreven dat het soms vervelend wordt om te blijven lezen. Als
Marcus een keuze moet maken over zijn verblijf in Akuchi zijn er in zijn hoofd
slechts twee opties: zijn engagement trouw blijven en voor de Ander kiezen of
zichzelf in veiligheid stellen en dus (?) elk engagement opgeven. Die laatste
keuze associeert hij met ‘het beeld van een terras en een glas bier en eindeloze
rust in een leunstoel’ dat zich bij hem opdringt, maar dat hij ogenblikkelijk
ook weer van zich afzet. Alsof eigen plezier en gezelligheid een zonde zijn in
een wereld waarin er ook mensen lijden. Volgens Marcus is ‘alleen de westerling
[…] zo onbescheiden om te denken dat hij recht had op een lang en gelukkig
leven. […] Alsof het hoogste wat je in het leven kon verlangen een
aaneenschakeling van amusement was. Het leven als tijdverdrijf, hoe banaal kon
het worden?’ De spiegel die Fresco ons voorhoudt, is weliswaar noodzakelijk en
confronterend, maar wordt op den duur zo bits en ongenuanceerd dat je weigert
er nog in te kijken.
Openlijke exploraties van
engagement in de hedendaagse literatuur blijven, tenminste wat mij betreft,
moeilijk om tot een goed einde te brengen. Fresco trapt met De idealisten niet in de meest voor de
hand liggende valkuilen en slaagt er wonderwel in een ideeënroman naar voren te
schuiven die esthetiek met ethiek verbindt. Is De idealisten de meest inventieve roman die de laatste tijd in de
Nederlandse literatuur verschenen is? Nee, zeker niet, daarvoor is de plot te
weinig ontwikkeld en gebeurt er verhaaltechnisch te weinig. Maar De idealisten is wél een bijzonder mooi
geschreven boek dat je doet stilstaan bij geluk en ongeluk, de kracht van het
toeval en wat het betekent om in een positie te verkeren waarin je zomaar een
boek uit je kast kunt nemen om in je leunstoel open te slaan.
Louise O. Fresco: De idealisten,
Prometheus, Amsterdam 2018, 352 p. ISBN 9789044634969. Distributie Pelckmans Uitgevers
deze pagina printen of opslaan