Het
zustertapijt is
het tweede deel van Lars Myttings trilogie waarin de gesloten
gemeenschap van het Noorse dorpje Butangen, de boerderij van Hekne en de
verloren zusterklokken (die in de 17de eeuw gegoten werden en
opgedragen aan de siamese
tweeling Halfrid en Gunhild en waarvan geloofd wordt dat ze de gemeenschap
beschermen) nog steeds centraal staan. In het eerste deel, De zusterklokken, werden de beroemde klokken van elkaar gescheiden; een hangt nu in
Dresden, in Duitsland in een daar naar Noors model opgerichte staafkerk, een
ligt op de bodem van het Løsnesvatn. In Het zustertapijt zijn we in 1903
en hoewel er meer dan twintig jaar verlopen zijn gaat dominee Kai Schweigaard
nog altijd gebukt onder schaamte vanwege zijn rol in dat alles. Jehan, de zoon
van zijn geheime liefde Astrid (een Hekne-telg), werd toen zijn moeder in het
kraambed stierf verstoten door de familie en toevertrouwd aan de zorg van een
eenvoudig arbeiderspaar. Hij was kind aan huis bij Schweigaard, maar nu weigert
Jehan alle contact met hem.
Veel draait in dit tweede deel om Schweigaard die zijn
schuld tegenover Jehan en de gemeenschap tracht in te lossen. Hij komt te weten
dat de 17de-eeuwse zusters talentrijke weefsters waren en dat het
‘zustertapijt’ dat 200 jaar lang in de (nu ontmantelde) staafkerk hing maar dan
verdween, nog altijd in Butangen aanwezig zou zijn. Hij beschouwt het als zijn
missie om dat te vinden. Daarnaast is er de verhaallijn van Jehan, die heel
individueel zijn toekomst in Butangen uitbouwt. Op rendierjacht ontmoet hij
Victor, een schotse jager, die precies op hetzelfde moment als hij op hetzelfde
rendier schiet. Een symbolische daad, zo zal blijken, en opnieuw een geheim uit
het verleden dat naar boven komt. Er ontstaat heel spontaan een sterke band
tussen beiden, maar later raken ze in onmin en hun wegen lopen opnieuw uiteen.
Lars Mytting
is een getalenteerde verteller en hij weeft de verschillende verhaaldraden uit
beide boeken langzaam en vakkundig ineen. Aan het begin van een nieuwe eeuw
leeft het verleden in de rurale gemeenschap nog grotendeels voort, het belang
van mythen, oud geloof en gebruiken blijven hun stempel drukken op het vroeg 20ste-eeuwse
Noorwegen. Vooral in de verhaallijn van Jehan en zijn granieten vrouw
Kristine, die samen de nieuwe tijd ingaan, komt de harde 19de-eeuwse
klassenstrijd onverbiddelijk in beeld. Mytting blinkt uit in de jachtscènes,
waarin de mens tegenover een ontzagwekkend natuur komt te staan. Minder
overtuigend vind ik de verhaallijn van Victor – Jehans broer, zo blijkt nogal
plots --, waarin het Brits kolonialisme, de slagvelden van de Eerste Wereldoorlog
en de slachting die de Spaanse griep aanrichtte, aan bod komen. Vooral naar het
einde toe wordt het tableau te weids, verliest de vertelling nogal wat aan intensiteit.
Niettemin heeft deze roman mij geboeid. Het derde deel is zeer welkom.
Lars Mytting: Het zustertapijt,
Atlas/Contact, Amsterdam 2022, 430 p. ISBN 9789025471026. Vertaling
van Hekneveven door Paula Stevens. Distributie VBK België
© 2024 | MappaLibri