De middeleeuwse tekst Van den vos Reynaerde
spreekt al eeuwen tot de verbeelding. Sinds de tekst in het Comburgse
handschrift werd herontdekt in 1805, is er een reeks aan bewerkingen op gang
gekomen. Inmiddels tellen we meer dan 250 verschillende bewerkingen en
vertalingen, exclusief tekstedities.
Elk van die bewerkingen of
vertalingen gaat een dialoog aan met de brontekst, maar ook met de eigen tijd. Zelfs
een vertaling die als doel heeft de bron zo getrouw mogelijk te vertalen,
weerspiegelt nog altijd moderne interpretaties. Dat blijkt sterk uit de
Reynaert-vertalingen van René Broens. In 2010 maakte hij een strikt jambische vertaling
van Van den vos Reynaerde, uitgegeven als een stripverhaal met beeldmateriaal
van Marc Legendre. Hij presenteert Reynaert in het nawoord als een antichrist
en dat blijkt ook sterk uit de afbeeldingen, waar de vos alles behalve lief en
schattig is – cf. daarvoor mijn analyse van het boek in het jaarboek van het
Reynaertgenootschap Tiecelijn.
In zijn nieuwe
vertaling is Broens weer tot andere inzichten gekomen. Nu is de vos een
trickster, of goddelijke bedrieger en dienen we de tekst volgens het nawoord
eerder als humoristisch dan als moralistisch te beschouwen. Broens spreekt in
dit opzicht van een speelse amoraliteit waarbij de oorspronkelijke auteur de
hoofdrolspelers opvoert als bijna-mensen, maar vervolgens een lange neus maakt
‘door de hoofdrolspelers plotseling terug naar de dierenwereld te verschuiven
en zo de morele vragen van morele verantwoordelijkheid en schuld achter zich te
laten.’
Naar
mijn mening had Broens het qua tekstuele interpretatie hierbij moeten laten.
Maar hij gaat een stap verder door ook te beweren dat Van den vos Reynaerde
een humoristisch spel speelt met het Johannesevangelie én een satire is gericht
op dertiende-eeuwse personen en gebeurtenissen. Deze opvattingen passen naar
mijn idee beter in wetenschappelijk werk, waar ze uitgebreider beargumenteerd
kunnen worden en dus ook beter en overtuigender tot hun recht kunnen komen.
Daarnaast kan
ik deze interpretatie ook niet direct rijmen met het idee van Reynaert als
trickster. Als Van den vos Reynaerde een parodie is op het
Johannesevangelie wordt Reynaert een omgekeerde Jezus, een opvatting die juist
beter strookt met de antichristvisie uit Broens’ eerdere bewerking dan met het
idee van een humoristische trickster.
Laten we overschakelen naar de
vertaling zelf. Deze is geschreven in los jambische verzen, een keuze die
Broens de mogelijkheid geeft om dicht bij de brontekst te blijven. Dat blijkt
duidelijk als we de vertaling van Broens naast zijn eerdere werk en de
vertaling van Karel Eykman: Reinaert de vos (Prometheus 2008) leggen. Door
de losse jamben heeft Broens meer vrijheid in de structuur, waardoor hij minder
aanpassingen in de inhoud hoeft te maken. Nadeel van de keuze is wel dat de
tekst daardoor soms minder lekker loopt. Vergelijk bijvoorbeeld deze vier
passages, waarbij ik Broens 2010 het beste resultaat vind.
Van den vos Reynaerde: Nu leghet
Coppe onder mouden
Broens 2020: Nu ligt Coppe onder de zoden
Broens 2010: Coppe ligt nu onder de zoden
Eykman: En
zo lag Coppe onder de zoden
Van den vos Reynaerde: Die coninc sprac tsinen houden
Broens 2020: De koning heeft hen daarop ontboden
Broens
2010: De koning heeft daarop ontboden
Eykman: De koning heeft toen
zijn raadsheren geboden
Van den vos Reynaerde: Datsi hem alle bespraken
Broens 2020: Zijn raadslieden, om te bespreken
Broens 2010: Zijn
raadslieden om te bespreken
Eykman: Om met elkaar te gaan
bespreken
Van
den vos Reynaerde: Hoe si alre beste ghewraken
Broens 2020: Hoe
zij zich het beste konden wreken
Broens 2010: Hoe zij het beste
konden wreken
Eykman: Hoe dit het beste te kunnen wreken
Van den vos Reynaerde:
Dese groete overdade.
Broens 2020: Op Reynaert voor dat grote
kwaad
Broens 2010: Deze buitensporige daad
Eykman: Deze
misdaad, die was begaan.
Door de keuze om
dicht bij de brontekst te blijven is de vertaling ook niet laagdrempelig. We
hebben hier geen voetnoten met uitleg zoals bij een editie, maar Broens neemt
ook niet de vrijheid die andere vertalers wel hebben genomen, om de tekst
toegankelijker te maken. Dat roept de vraag op voor welk publiek deze nieuwe vertaling
bedoeld is.
Dat
de tekst over het algemeen dicht tegen het origineel aanzit, wil echter niet
zeggen dat dit altijd gevolgd wordt. Neem bijvoorbeeld de toevoeging ‘zoals de
Bijbel het bericht’ na de zin ‘de boosdoener schuwt het licht.’ Ter info: het
gaat hier om de reden waarom Reynaert niet op komt dagen bij de hofdag van de
koning. Deze toevoeging zorgt voor eenheid, aangezien hij aansluit bij de
interpretatie uit het nawoord: namelijk dat de tekst een humoristisch spel
speelt met andere teksten, waaronder het Johannesevangelie.
Over het algemeen ben ik een fan
van bewerkingen en vertalingen waarin één idee uitgewerkt wordt. Dit zorgt
namelijk voor meer congruentie en vandaar ook mijn enthousiasme voor Broens’
stripbewerking uit 2010. Maar zien we de bewerking als een weergave van het origineel,
dan loert bij het op één lijn plaatsen van vertaling en interpretatie ook het
gevaar van de cirkelredenering. De vertaling wordt immers gemaakt met de
interpretatie al in het achterhoofd, wat zal leiden tot keuzes in de vertaling
die de interpretatie juist versterken. En omdat deze vertaling minder speels is
dan de eerdere stripbewerking uit 2010, ben ik bang dat ze eerder gezien zal
worden als een weergave van het origineel en dat dit gevaar hier dus sterker
loert.'
Broens’
nieuwe Reynaert de vos is een interessante toevoeging aan het
Reynaertlandschap, maar ik kan er helaas niet zo enthousiast over zijn als over
zijn eerdere bewerking.
Bronnen
Karel Eykman (vert.), Sylvia
Weve (ill.): Reinaert de Vos (Prometeus 2008)
Marc Legendre
(ill.), René Broens: Reynaert de vos (Atlas 2010)
Janssens, J.
e.a. Van den vos Reynaerde: Het Comburgse handschrift (Davidsfonds 1991)
Vroomen, L.: ‘Een oude vos is kwaad te vangen: Een analyse van de
stripbewerking Reynaert de vos van Broens en Legendre.’ In: Tiecelijn: Jaarboek 7 van het
Reynaertgenootschap 27 (2014), p. 127-149
René Broens (vert.): Reynaert de
vos, Voetnoot, Amsterdam 2020, 202 p. : ill. ISBN 9789491738678. Distributie EPO
© 2025 | MappaLibri