Joke van Leeuwen mag dan wel wereldberoemd zijn in jeugdliteratuurland,
haar schrijverschap reikt veel, veel verder. Met haar romans voor volwassenen
(zoals dat heet) wist ze zowel het lezerspubliek als professionele jury’s te
bekoren, en haar poëzie zal ongetwijfeld volgen. Dat is geen toeval. Als er een
prijs uitgereikt moet worden voor talig meesterschap, dan is Van Leeuwen
daarvoor een geknipte kandidaat.
Levenslust is van
dat virtuoze taalvermogen het beste bewijs. De bundel is in feite één lang
gedicht van ruim 80 tienregelige strofen, verdeeld over een aantal afdelingen.
Die worden typografisch aangegeven door de tekening van eindjes koord (en aan
het eind door het bewust ‘weglaten’ van een strofe, zodat de lezer die als het
ware zelf kan aanvullen). Kortom, alles aan de compositie is doordacht, zoals
het ook een auteur die zelf haar werk illustreert betaamt.
In feite is Levenslust één lange litanie, een hymne aan het vitale leven in
zijn kleinheid. In plaats van een filosofisch traktaat of hooggestemde woorden
kiest Van Leeuwen voor een stroom van fragmentarische herinneringen, van
bedenkingen en vooral van objecten en gebeurtenissen. Het lijkt er op dat het
leven zo een stroom vormt die letterlijk alles met zich meevoert, waarin niets
achterwege mag blijven. Logische samenhangen worden bijgevolg gecombineerd met
wilde en speelse associaties. Zo is er bijvoorbeeld de leidraad van de
verwekking en de geboorte van nieuw leven, die als het ware begin en einde van
de bundel omsluit. Die keten van het leven wordt echter ook teruggevonden in de
geschiedenis, vanaf de eerste mens over de groten en de kleinen uit het
verleden tot de samenleving van vandaag en morgen. Binnen dat kader verwerkt
Van Leeuwen ook een aantal ervaringen uit haar eigen leven in een ‘vreemd’ land
en een haast onherkenbare samenleving. Oudere lezers zullen her en der
nostalgische beelden herkennen die meteen een heel tijdskader oproepen.
Toch is de bundel
niet de ontmoeting met een rariteitenkabinet. Van Leeuwen gaat ook de harde
realiteit niet uit de weg, net zo min als de maatschappelijke problemen van
verleden en heden. Geweld, klimaat, verdrukking en uitsluiting krijgen in dit
omvattende panorama wel degelijk hun plaats, maar ook die negatieve factoren
worden opgenomen in de niet aflatende dynamiek. Ook de plaats van de mens
blijft problematisch. In plaats van een stabiel lyrisch ik, dat het centrum van
het dichterlijke spreken moet vormen, opteert de dichter voor onpersoonlijke
zinnen, voor een ‘men’ of een vaag gehouden ‘wij’, voor uitspraken die
grammaticaal niet correct zijn. Het lijkt erop alsof de spreker over zijn eigen
woorden struikelt, van de hak op de tak springt, de rationele controle verliest
bij zoveel disparate indrukken.
Net in die uitwerking toont zich het stilistische
meesterschap van Joke van Leeuwen. Haar zinnen stromen voort, met een feilloos
gevoel voor klank en ritme. De taal spreekt en zingt tegelijk, met een
speelsheid die aanstekelijk werkt. Bij momenten krijgt deze bundel iets
surrealistisch, met tal van taalvondsten, samenstellingen en bizarre
associaties. Deze caleidoscoop sprankelt van intensiteit. Dit prachtige gedicht
is een voorbeeld voor wie eraan denkt poëzie te schrijven of te performen. Het
lijkt improvisatie maar de compositie ervan is tot in de kleinste details
briljant.
Joke van Leeuwen: Levenslust. Een gedicht, Querido, Amsterdam
2019, 52 p. : ill. ISBN 9789021418155. Distributie L&M Books
© 2024 | MappaLibri