4+ Is dit prentenboek een oproep tot meer
lezen? Kritiek op het gebrek aan aandacht in onze hightechmaatschappij? Een ode
aan ouderwetse vriendschap? Een lofzang op het warme gezin? Het is van alles
een beetje.
In
konijnenstad is werkelijk iedereen verslaafd aan lezen, alleen Tommie,
hoofdpersoon in dit prentenboek, niet. Hij ziet meer in het lekker échte
avonturen beleven en spelletjes doen, in die heerlijke natuur. Uitgerekend hij
vindt een boek dat niet uit konijnenland komt en hij besluit in mensenland op
zoek te gaan naar de eigenaar. Als hij daar via een gat in een haag terecht
komt, verandert het beeld bijna meteen in een rechte, grauwe, grijze boel.
Strak, grijs asfalt, hoge gebouwen. Alleen recht tegenover het gat staan nog
een paar enigszins lieflijke bouwwerkjes.
In de stad kan Tommie met het boek leuren wat hij wil,
niemand ziet hem, iedereen staart op horloge, smartphone of tablet, of is in de
eigen wereld van de koptelefoon. Geen boek te zien ook. Nu is Tommie zelf ook
verloren. Hij verliest de moed, hij verliest zijn rugzakje, maar… wordt
gevonden door een lief meisje in een rode jas. Met een vader die zonder
ophouden op zijn smartphone zit, en Tommie uiteindelijk helemaal niet ziet, de
hele middag lang. Ze brengen samen de rest van de dag door, en aan het eind
heeft hij haar sjaal, en zij het boek. ’s Avonds vertellen zij voor het slapen
gaan wat ze meegemaakt hebben, Tommie uit het hoofd en het meisje uit het gele
boek, dat, hé, het verhaal blijkt te bevatten dat we net gelezen hebben. Een
metagrapje dat de laatste tijd weer erg in de mode is.
Dit vriendelijke boek heeft wat
moeite met het zenden van een heldere boodschap. Veel nadruk ligt op ‘het
gevonden worden’ in de stad vol individuen, in Bijbelse formulering (‘Het leuke
aan verloren zijn… …is dat je gevonden kunt worden’.). Een tikje sentimenteel
aandoend ook: ‘Het was zo lief van haar om Tommie te vinden en voor hem te
zorgen’. Tommie is zo verloren in de stad, maar later blijkt dat hij heel gemakkelijk
kan terugkeren naar zijn lieve, traditionele gezin. Ook het meisje, enigszins
verloren lopend naast haar vader, blijkt dezelfde dag ook deel uit te maken van
zo’n gezin, er duikt een lieve moeder op (later ook een uitgebreide
vriendenkring). Zo erg is de stad dus nu ook weer niet.
Evengoed snappen we wel dat er in onze maatschappij
(verder) wel heel veel individuele aandacht is voor de technische speeltjes,
dat punt is gemaakt. Is het ook een pleidooi voor boeken lezen? Misschien een
beetje, hoewel Tommie niet bekeerd blijkt. Het meisje daarentegen is helemaal
blij met het boek, ze laat het aan haar ouders zien alsof het het meest
bijzondere in tijden is. En die weten ook niet wat ze zien, papa stopt de
telefoon er even voor in zijn zak!
De illustraties, een tikje retro/nostalgisch, zijn doeltreffend. Het
fijne, lichte groen van konijnenland zie je in de stad pas weer als Tommie en
het meisje in een parkachtige setting terecht komen, waar je fijn kunt spelen.
Ook hier blijkt de stad dus nog mee te vallen. Soms neemt Surnaite een hele
pagina de tijd, soms versnelt ze met stripachtige blokjes of rondjes.
Tekeningen en tekst vullen elkaar goed aan. De tekeningen tonen vooral het
verhaal, de tekst is dan soms bijna overbodig, maar op andere plekken is die
nodig voor commentaar. Een mooie vondst is de plek van het verloren boek: voor
een gat/gangetje in de haag, dat uitkomt in de stad, recht tegenover, zo
blijkt, het restaurantje waar Tommie en het meisje aan het eind van de middag
iets gebruiken.
De tekst is soepel vertaald, met slechts éen harde ingreep: Henry uit het
origineel werd Tommie, wat een stuk beter klinkt dan Henk (te volwassen) of
Henkie (te kinderachtig).
Magarita Surnaite: Het verloren boek, Leopold, Amsterdam 2019,
36 p. : ill. ISBN 9789025876982. Vertaling van The lost book door Erna Sassen.
Distributie Standaard Uitgeverij
© 2025 | MappaLibri