8+ - Een theatervoorstelling bewerken tot een
prentenboek is geen sinecure. Wat indruk maakt op de scène, doet dat daarom
niet op papier. Prentenboekenmaakster Kaatje Vermeire moet dit ondervonden hebben
toen ze aan de slag ging met de voorstelling Ans & Wilma verdwaald. Nadat ze het stuk had opgevoerd met haar
amateurgezelschap —ze kroop in de huid van protagoniste Ans— nam ze contact op
met actrices Alice Reijs en Ariane van Vliet, de auteurs van en de
hoofdrolspelers in de originele HETPALEIS-productie (2012). De drie vrouwen
maakten een prentenboek waar het vertel- en kijkplezier vanaf spat.
Zet Ans en Wilma aan
een keukentafel en er is geen speld meer tussen te krijgen. De twee buurvrouwen
brengen hele dagen in elkaars villa’s door met gezellig kletsen. Wilma wil daar
wat aan veranderen. Ze neemt Ans mee uit wandelen, want praten kunnen ze
evengoed in het bos. Wat begint als een leuk uitje, eindigt in gekibbel en
gezeur, want de dames raken hopeloos verdwaald en zullen de nacht in de
openlucht moeten doorbrengen. Prompt slaat Ans’ verbeelding op hol. Ze
onderwerpt Wilma aan een vragenvuur en sleept haar mee in een emotionele
rollercoaster.
Zware thema’s als eenzaamheid en dood passeren de revue, maar bloedserieus
wordt het nooit. Tragikomisch is bijvoorbeeld de scène waarin Wilma moet
demonstreren hoe hard ze zou huilen om Ans’ dood. De volgende ochtend al is Ans
van haar angsten verlost. Ze daagt Wilma uit om in adamskostuum de rivier in te
springen en lacht haar vervolgens uit omdat ze in ondergoed aan de kant blijft
zitten. De prettig gestoorde verstandhouding tussen deze vrouwen is een
vermakelijk uitgangspunt. Ans en Wilma halen elkaar het bloed vanonder de
nagels, maar als het erop aankomt vormen ze een onafscheidelijk burenduo.
Het
auteurstrio is er goed in geslaagd het theaterconcept in boekvorm uit te
werken. Aan de hand van welgekozen adaptatietechnieken zet het een levendig
verhaal neer, waarin de voorlezer zich actief kan inleven. De tekst doet in de
eerste plaats denken aan een traditionele theatertekst. Behalve enkele
welgekozen vertelcommentaren (‘Ans en Wilma vinden het niet meer gezellig’)
omvat het prentenboek een reeks humoristische —soms hysterische— dialogen. De
staccatozinnetjes dreigen af en toe wat te vervelen, maar in de betere scènes
zorgen gevatte replieken voor een vlot vertelritme:
‘Wilma: Wat ik eigenlijk niet
begrijp is waarom ik nog iets moet zeggen, ik had toch al gezegd dat ik je lief
vind.
Ans: Maar ik wil méér horen, Wilma. Ik heb ook meer tegen
jou gezegd.
Wilma: We hoeven toch niet alles op een weegschaal te
leggen.
Ans: Nee, dat is waar. Maar nu even wel.’
Bijzonder is dat de
auteurs de theaterdialogen combineren met stripballonnen. De discussies tussen
Ans en Wilma komen dankzij deze genrevermenging nog meer tot leven. Wanneer Ans
naar links wil, is Wilma ervan overtuigd dat ze naar rechts moeten. Hun
tegenstrijdige meningen —‘links?’ en ‘rechts!’— prijken in twee tekstballonnen
aan weerszijden van de dubbele pagina. Verder is er nog tekst op muziek, voor
wie de bijgevoegde cd beluistert. Met slechts vier liedjes is de cd echter
weinig meer dan een leuk aandenken aan het theatergebeuren.
De onderlinge relatie tussen Ans
en Wilma krijgt bovenal in de prenten levendig gestalte. Vermeire portretteert
twee tuttige tantes die zich druk gesticulerend door het boslandschap
voortslepen. Om zoveel mogelijk beweging te suggereren, beeldt ze haar
personages soms meerdere keren op eenzelfde pagina af. Sterk is bijvoorbeeld de
illustratie waarin Ans —die voor de gelegenheid als een uitgeputte reuzin wordt
afgebeeld— gekweld wordt door vijf betweterige miniatuur-Wilma’s.
Ans en Wilma hebben
hetzelfde volumineuze krullenkapsel en tuiten beurtelings hun gestifte lippen,
maar ze beschikken ook over een eigen kleurrijke persoonlijkheid. Ans is van
het sentimentele type en draagt een rode jurk en een brilletje. Wilma is de
nuchterste van de twee en heeft een groene jurk aan met bijpassende pumps. De
fel contrasterende kleurcombinatie past uitstekend bij dit theatrale verhaal en
is tevens representatief voor Vermeires kleurexperimenten. De illustratrice
maakte eerder krachtige prenten in beperkte, donkere kleuren voor haar debuut De vrouw en het jongetje en
het recentere De zeer
vermoeide man en de vrouw die hartstochtelijk van bonsai hield
(2016).
Ten slotte
spreken ook de bosdecors tot de verbeelding. Vermeire combineerde grof
geschilderde struiken en heuvels met gestempelde bomen en haarfijne
plantenafdrukken tot een gelaagd en bijwijlen sprookjesachtig geheel. De
elfenbankjes en het prinsje op zijn bemoste paard zouden in het Efteling-bos
zeker niet misstaan. ’s Nachts is de sfeer grimmiger en roept Vermeire geheel
toepasselijk Jurassic Park voor de geest. Ans en Wilma sluipen angstvallig
langs een dino, waarna ze zich in een dobberend boomstammetje te rusten leggen.
Gedrieën
maakten Alice Reijs, Ariane van Vliet en Kaatje Vermeire een prentenboek vol
waanzinnige dialogen en levendige prenten waaraan je als (voor)lezer uren
vertelplezier kunt beleven.
Alice Reijs, Ariane van Vliet, Kaatje Vermeire: Ans &
Wilma verdwaald, Lannoo, Tielt 2018, 50 p. : ill. + cd. ISBN 9789462913394
© 2024 | MappaLibri