12+ - Er zijn heel veel redenen waarom men een
boek goed kan vinden, maar een van de allerbeste blijft toch het loutere genot
van het lezen. Dat genot biedt Tonke Dragt ons in deze bundel, waarin de auteur
een zeer ruime selectie verhalen heeft samengebracht die haar hele carrière
omvatten. Sommige verhalen verschenen in verhalenbundels die nu nog maar
moeilijk te vinden zijn, andere werden (vooral in het begin van haar carrière)
gepubliceerd in jeugdtijdschriften waar vandaag geen levende ziel nog een
exemplaar van liggen heeft, en een paar verhalen zien hier zelfs voor het eerst
het daglicht. De bundel is georganiseerd in vijf afdelingen: sprookjes, sagen
en mysteries, raadselverhalen, toekomstverhalen (sciencefiction) en
nachtverhalen. Samen vormen ze een staalkaart van Dragts werk en thematiek en
dus ook een ideale kennismaking voor een nieuwe generatie jonge en minder jonge
lezers.
Dit
boek is echter meer dan zomaar een bundeling van verspreide teksten. De
verhalen worden altijd gevolgd door een korte duiding waarin Dragt vertelt hoe
een verhaal tot stand kwam, wat de aanleiding was om het te schrijven, of waar
ze haar inspiratie haalde. De auteur biedt hier een kijkje in haar interne
keuken, wat soms tot zeer leuke verhalen-achter-de-verhalen leidt (zo is er een
sprookje dat geschreven werd voor de televisie naar aanleiding van de verloving
van Beatrix en Claus). Een grote bonus is dat de verhalen geïllustreerd zijn
met Dragts eigen oorspronkelijke illustraties (voor zover deze nog bewaard
zijn).
Dragt
is een opmerkelijk dubbeltalent en illustreerde niet alleen haar eigen werk,
maar ook dat van andere auteurs. Haar hoogst individuele stijl is zeer
herkenbaar en heeft vandaag een zeer uitgesproken retro-effect. De talloze
illustraties bieden dan ook niet alleen een mooi overzicht van Dragts
virtuositeit, ze geven het boek ook een buitengewone nostalgische charme: dit
zijn immers vaak het soort illustraties die we herkennen als ‘typisch’ voor de
jaren vijftig en zestig.
De oorspronkelijke
illustraties zijn bovendien aangevuld met een aantal collages die Dragt recent
heeft gemaakt, zodat het boek als geheel een bijzonder mooie combinatie is van
woord en beeld: men kan dit boek lezen, maar men kan het ook bekijken en
genieten van de visuele rijkdom. Aangezien de editie zeer fraai is uitgevoerd,
op kwaliteitsvol papier (en met twee leeslinten), is Als de sterren zingen dan ook een verrukkelijk object om te hebben,
te bekijken, èn te lezen. Het is een verhalenboek ‘oude stijl’ – maar in de
allerbeste betekenis van ‘oud’: hoogwaardig uitgevoerd, onberispelijk
vormgegeven, een genot voor het oog, en vooral een genot om te lezen.
De verhalenrijkdom is
onuitputtelijk. Dragts thematiek is breed, van sprookjes en legendes waarin ze
rijkelijk put uit de graallegendes, de klassieke mythologie, of vroegmoderne
verhalentradities, tot sciencefictionverhalen die vandaag een prachtig
retro-patina hebben. Daarnaast is Dragt ook een auteur die kinderen als mensen
serieus neemt: haar verhalen zitten vol wijsheid, tegendraadse inzichten, en
intelligente morele kwesties. Het idee dat sprookjes en verhalen enkel voor
kinderen zijn, werd lang geleden al naar de prullenbak verwezen, maar Dragts
werk toont heel mooi aan waarom jeugdliteratuur het verdient om als literatuur
tout court te worden gelezen. Net die rijkdom, vaak bedrieglijk eenvoudig
verpakt, maakt Dragts verhalen zo sterk en aangrijpend.
Persoonlijke favorieten van deze
lezer zijn ‘Het was maar een droom’ (de geschiedenis van prins Tarne, elegant
verpakt in een raamvertelling) en de toekomstverhalen ‘De robot van de
rommelmarkt’ en ‘Waar wouden zijn…’ – maar met een keuze van bijna dertig
verhalen zal elke lezer zijn/haar eigen favorieten (terug)vinden. Meer dan wat
ook is dit een boek dat zal worden gekoesterd en gelezen en herlezen door
kinderen van alle leeftijden die echt van echt goede literatuur houden: een
verrukkelijke bundel.
Tonke Dragt: Als de sterren zingen, Leopold, Amsterdam
2018, 425 p. ill. ISBN 9789025873745. Distributie Standaard Uitgeverij
© 2024 | MappaLibri