Je naam kan als een
molensteen rond je nek hangen. Een van de protagonisten uit de nieuwe roman van
Tommy Wieringa besluit er iets aan te doen. Voortaan wil hij als Joe Speedboot
door het leven gaan. Met zo'n familienaam kan je niet anders dan gedreven vooruitgaan
en de koe bij de horens vatten. En de voornaam verwijst naar 'Hey Joe', de
illustere, dreigende rockklassieker van Jimi Hendrix.
Ook Fransje Hermans -- zijn beste vriend en vertelfiguur --
is geen gewone vogel. Bij een bizar ongeluk werd hij gruwelijk toegetakeld en
hij moet voortaan als fysiek gehandicapte trachten te overleven. Hij kan enkel
nog zijn ene arm bewegen. "Eén functionele arm met veertig kilo vlees
eraan", zo omschrijft de jongen zichzelf meedogenloos. Zijn spraakvermogen is hij voorgoed kwijt. Communiceren doet hij door te
schrijven. Ganse dagboeken pent hij vol over het leven in zijn geboortedorp,
een leefgemeenschap die uit haar lethargie ontwaakt door de komst van enkele
bijzondere inwijkelingen. Ze zorgen letterlijk voor nieuw bloed.
Er is niet alleen Joe Speedboot, maar ook zijn excentrieke
stiefvader 'Papa Afrika' en de knappe Zuid-Afrikaanse Picolien Jane, een
mysterieus meisje dat de harten van alle jongens uit het dorp sneller doet
kloppen. Aan haar zal Fransje zijn snel groeiende collectie kronieken opdragen.
Aanvankelijk is hij louter chroniqueur van het dorpsleven, hij participeert
niet echt aan het leven. Zijn leidraad haalt hij uit het 'Boek van de vijf
ringen', waarin samoerai Miyamoto Musashi uit de doeken doet dat de weg van een
samoerai tweeledig is: de weg van het zwaard en de weg van het penseel of de
pen.
Aanvankelijk bewandelt de
ongelukkige jongen dus enkel de weg van de pen. Het is Joe Speedboot die zich
als verlosser voor Fransje aandient en hem de weg van het zwaard doet
verkennen. Op sleeptouw genomen door Joe begint de gehandicapte jongen met zijn
ene arm -- ondertussen bijna zo dik als een dijbeen -- aan armworstelen in
competitieverband te doen. Op diverse tornooien in Europa wordt hij op
afgrijzen vergast, maar hij kaapt ook prijzen weg.
Joe Speedboot is de vierde en meteen ook beste roman van Tommy
Wieringa (1967). Als een kaatsbal laat de auteur zijn gedreven
ontwikkelingsroman alle kanten uit stuiteren. Hoogst poëtische fraseringen
worden afgewisseld met puberaal aandoende grappen. Het ene moment verheven, het
andere alweer vulgair in al zijn facetten. De roman beslaat conform de
samoerai-filosofie twee delen: 'Penseel' en 'Zwaard'. En vooral het tweede gedeelte
biedt echt literair vuurwerk. Vriendschap, liefde en rivaliteit worden in een
explosieve cocktail gemixt en de ontknoping zorgt -- hoe kan het ook anders --
voor de kater.
De helder beschreven maar in
wezen doldwaze tragikomische avonturen van de adolescenten, doen denken
aan De leerjaren van Duddy Kravitz van Mordecai Richler en
aan De wereld volgens Garp van John Irving. Niet bepaald de
minste voorbeelden, maar het is een niveau waar Wieringa aan kan tippen.
Grappige, absurde, maar ook ontroerende passages over onmacht, het niet kunnen
ontsnappen aan je lotsbestemming, over liefde in al zijn vermommingen en
meisjes als ondoorgrondelijke wezens, maken van Joe Speedboot een
wonderlijke roman over opgroeien, vallen, opstaan en weer doorgaan.
Tommy
Wieringa: Joe Speedboat, De Bezige Bij, Amsterdam 2017, 305 p. ISBN 9789403114903.
Distributie WPG Uitgevers
Meer besprekingen over Tommy Wieringa
© 2025 | MappaLibri