12+ - Ik waande me
even in de zuilengang van de agora in het oude Athene, met Ted van Lieshout als
Zeno of Socrates, die zijn gesprekspartner aan het denken zet. Met die agora
neem ik een duik in de geschiedenis en dat is precies wat Van Lieshout doet in Voor
de mooiste. Een heel persoonlijke duik in de geschiedenis en dat in de vorm
van een leer- of wandelgesprek. Die vorm hanteerde hij eerder al in Wat is kunst? en Rozen voor de zwijnen.
De dubbele ondertitel vat de kern van Van Lieshouts aanpak
samen: ‘De geschiedenis is van ons. Een wandeling met Ted van Lieshout en mij.’
Met ‘ons’ bedoelt de auteur wel degelijk jij en ik en ruimer alle mensen die
leven en ooit geleefd hebben. Hij wil een andere kijk op de geschiedenis
bieden, weg van de klassieke die er een is ‘van koningen, kolonels en kapers op
de kust, van presidenten, politici en pausen, van oproerkraaiers, oorlogsvoerders,
ontdekkingsreizigers en ga zo maar door.’ Hij wil een geschiedenis brengen van
‘mensen zonder macht. Die niet de mogelijkheid hadden om de wereld te
veranderen, maar moedig waren door te zijn wie ze waren.’
Geregeld beklemtoont de
verteller dat zijn geschiedschrijving heel persoonlijk is, en tegelijk zet hij
in de verf dat elke geschiedenis dat is:
‘Omdat niet alle feiten bekend
zijn, is geschiedenis zelden helemaal de waarheid. Het is een weergave van,
gezien door de ogen van degene die de geschiedenis opschrijft. Kijk maar naar
mij. Ik noem haar omdat ik het belangrijk vind om te melden dat er twintig
eeuwen geleden ook belangrijke kunstenaressen waren.’
Die ‘haar’ is Iaia van Kyzikos,
een kunstenares uit het Oude Griekenland van wie geen enkel werk bekend is,
maar die in haar tijd als beter werd gezien dan de meeste mannelijke
kunstenaars. Dat is precies wat Van Lieshout in ‘zijn’ geschiedenis probeert te
doen: ‘moedige’ figuren terug voor het voetlicht brengen die in de loop van de
geschiedenis vergeten, verdrukt of verzwegen werden omdat ze niet tot de
machtigen der aarde behoorden.
Dat zijn keuzes bepaald zijn door zijn eigen achtergrond,
steekt hij niet onder stoelen of banken: ‘Ik wilde kunstenaar worden, dus ik
weet best wel veel over de geschiedenis van de kunst. Dat is het fijne van
geschiedenis: je kunt helemaal je eigen weg door de geschiedenis uitstippelen.’
Veel aandacht gaat dus naar kunstenaars en veel van de ‘vergeten’ figuren of
gebeurtenissen krijg je te zien op kunstwerken. Naast kunstenaars krijgen ook
figuren die belangrijk zijn voor de LHBTIQ+-beweging een belangrijke plaats,
niet zelden waren dat trouwens kunstenaars. Hun verhalen illustreren keer op
keer de moed die nodig was om zichzelf te durven zijn in een context die hen
onderdrukte. Ruimer focust Van Lieshout ook op andere groepen die door de
geschiedenis onderdrukt werden, meer in het bijzonder vrouwen en mensen van
kleur. Deze keuze is bijzonder verrijkend: de lezer krijgt een heel andere kijk
op de geschiedenis die niet alleen verrassend en vaak ontluisterend is, maar
ook doet nadenken over wat écht belangrijk is voor de evolutie van ‘ons’
mensen.
Zijn
geschiedenis giet Van Lieshout dus in de vorm van een leergesprek tussen
leermeester en (jonge) luisteraar. Hoe dat de tekst verlevendigt, blijkt al
vanaf de eerste zinnen:
‘Hallo, mag ik binnenkomen?
Natuurlijk, daar
is een boek voor!’
Niet alleen de gespreksvorm verlevendigt de tekst, dat doet ook Van
Lieshouts stijl. Kijk maar naar de opsomming van de klassieke helden uit de
geschiedenis uit het begin, vol alliteraties. Net als in Rozen voor de
zwijnen focust de auteur ook geregeld op bijzondere woorden en
uitdrukkingen, van ‘twistappel’ over ‘onbekend maakt onbemind’ tot ‘voor galg
en rad opgroeien’. Wat de gesprekken ook verlevendigt is dat de ‘leermeester’
zijn ‘leerling’ ernstig neemt. Taboes rond geweld of seks worden niet geschuwd,
de leerling én lezer moet zelf uitmaken of hij/zij iets wel of niet wil weten,
lezen of zien. Geregeld wordt de luisteraar dan ook een gesprekspartner of tegenspeler
met een eigen stem, zoals in volgende korte dialoog:
‘Je moet je droom najagen.
Ik moet niks.
Natuurlijk niet.’
De opbouw van de tekst is
origineel, de verteller zelf typeert het als een ‘estafetteverhaal’. De
verschillende verhalen klikken als schakels in elkaar, waarbij het ene
personage als het ware het estafettestokje doorgeeft aan de andere in de vorm
van een voorwerp of gebeurtenis die ze delen. De link wordt telkens onderaan de
pagina genoemd, bijvoorbeeld ‘Van de hand van Goltzius naar de hand van
Artemisia.’ Die links leggen op zichzelf al de eigenzinnige, alternatieve
keuzes bloot die Van Lieshout maakt: ‘Van Elsje Christiaens naar Phillis
Wheatley’ (van een Deens dienstmeisje dat terechtgesteld werd voor moord tot
het zwarte slavenmeisje dat de eerste dichter van kleur werd); ‘Van Justin
Fashanu naar Tsjaikovski’ (een topvoetballer en een componist die beiden
worstelden met hun homoseksualiteit); ‘Van vrouwen bij de politie naar Roe
versus Wade’ (het terugschroeven van de wet op het recht op abortus in de VS in
2022).
Op
pagina 45 beklemtoont de verteller dat het belangrijk is ‘om niet alleen te
kijken naar wat er over de geschiedenis is verteld, maar ook naar de tijd
waarin die gebeurtenissen zijn opgeschreven.’ Die context krijgt de lezer ook
aangeboden in aparte tekstkaders, die onder meer focussen op het leven van de
‘helden’ of op stromingen of denkbeelden.
Persoonlijk is Van Lieshouts
geschiedschrijving niet alleen door de keuze van de gebeurtenissen en helden,
maar ook door de levenslessen die de leermeester aan zijn leerling én aan de
lezers meegeeft. Vooral naar het einde toe kleuren die de gesprekken.
Bijvoorbeeld in een indringend gesprek over heldendom en de lastige keuze
tussen eigen geluk en dat van anderen:
‘Ben je dan een held als je voor
jezelf kiest of juist laf? Ik hoef geen antwoord.
In mijn ogen ben
je een held als je moedig in je eigen leven staat.
Hoef je niet
moedig te zijn in het leven van anderen?
Daar heb ik geen antwoord
op. Kansen zien om iets van je leven te maken, vind ik al getuigen van moed.’
Verderop lijkt
die boodschap verder te worden uitgediept in een confronterend gesprek over
opoffering en verantwoordelijkheid, zorg voor jezelf en voor anderen, waarbij
de leermeester opnieuw beklemtoont dat het belangrijkste is dat je zelf
gelukkig wordt.
Ted van Lieshout brengt met Voor de mooiste opnieuw een
fascinerend, baanbrekend boek. Dat je van begin tot einde meegesleept wordt,
komt niet alleen door de levendige gespreksvorm en de flitsende opbouw, maar
ook door de boeiende inhoud vol verrassende en onthullende feiten die je kijk
op de geschiedenis kunnen veranderen en helpen om onze wereld te begrijpen en
te duiden. En dat is ontzettend belangrijk, of zoals leermeester van Lieshout
het in het boek verwoordt: ‘Maar het belangrijkste vind ik toch wel dat
geschiedenis me helpt om de wereld van vandaag te begrijpen. Alles wat vandaag
gebeurt, is gisteren immers al begonnen.’
Ted van Lieshout: Voor de
mooiste. De geschiedenis is van ons. Een wandeling met Ted van Lieshout en mij,
Leopold, Amsterdam 2024, 128 p. : ill. ISBN 9789025887124. Distributie
Standaard Uitgeverij
deze pagina printen of opslaan