12+ - De twaalfjarige Petra, een bang aangelegd meisje
met een levendige fantasie, woont met haar zus Magda van zestien en haar ouders
in een vuurtoren aan de zuidoostkust van Engeland. Ze zijn altijd een hecht
gezin geweest, dat erg trots is op hun ‘kasteel’, zoals ze de vuurtoren speels
noemen. Maar aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog, het verhaal begint in
1939, lijken er geheimen tussen hen gekropen te zijn. Petra omschrijft de
beklemmende sfeer in het gezin treffend:
‘En nu werden die geheimen koud en hard, als water dat bevriest
in het gebarsten oppervlak van een steen, en begonnen ze ons uit elkaar te
wrikken.’
Het
feit dat mama (‘Mutti’)in Duitsland geboren is brengt plots in het dorp veel
spanning teweeg. Al gauw wordt ze als vijandige vreemdeling geïnterneerd en
zelfs beschuldigd van spionage. Maar Petra ontdekt dat het papa is die, in zijn
functie van vuurtorenwachter, geheime informatie heeft doorgespeeld aan de
Duitsers. Daarbij komt nog dat de rebelse Magda er vaak om onverklaarbare reden
vandoor gaat. Dus ook zij lijkt iets op haar kerfstok te hebben.
De lezer krijgt een
onthutsende inkijk in de emotionele chaos die de oorlog bij Petra veroorzaakt.
Haar veilige wereld wordt volledig ondersteboven gekeerd. Ze weet totaal niet
meer wie ze nog kan vertrouwen, wie goed is en wie slecht. De rechercheur die
Mutti’s zaak onderzoekt, reikt haar een bijzonder mooi handvat aan: ‘Soms heeft
een goed mens een logische reden om iets te doen dat moreel verkeerd is; soms
heeft zo iemand het gevoel dat hij geen keus heeft.’ Later in het verhaal wordt
duidelijk dat papa gechanteerd werd en spioneerde om zijn vrouw zo goed
mogelijk te beschermen. Op dat ogenblik begrijpt Petra de uitspraak van de
rechercheur ten volle.
Ook de fysieke gruwelen, die elke oorlog met zich meebrengt,
krijgen in dit verhaal hun plaats. Petra raakt verlamd door een inslaande bom. En
papa verdrinkt in het Kanaal tijdens de evacuatie van Duinkerke. Dat zijn
lichaam niet kan geborgen worden, maakt het verlies des te schrijnender.
Centraal in Petra’s
fantasiewereld staat de oeroude legende van de Dochters van Steen en de Wyrm,
een verhaal over de vier menhirs op de klif voor de vuurtoren en de
verraderlijke zandbank aan kust. Zo weet Lucy Strange een mysterieuze sfeer te
creëren die de ruige kliffen van Engeland voor je ogen tot leven brengt. Je
ziet de mistflarden hangen en je voelt de zeebries op je gezicht. Petra maakt
bovendien een mooie evolutie doorm in het hanteren van haar fantasie. In het begin
is ze in veel situaties ‘versteend van angst’ Ze wordt vooral overspoeld door
de verhalen over vier spookachtig zingende meisjes die hun ziel aanbieden aan het
monster van de zandbank in ruil voor de veilige terugkeer van hun vaders en
daardoor in steen veranderen. De oorlog dwingt haar echter om versneld volwassen
te worden en in een mum van tijd ontpopt ze zich tot een heuse detective die
alle geheimen en vraagtekens ontrafelt en kordaat doet wat nodig is om haar
familie te beschermen. Haar verlamming lijkt ze verbazend snel te accepteren,
een tikkeltje te snel om geloofwaardig te zijn. Uiteindelijk voelt ze zich
sterk, een Dochter van Steen. Ze is een deel van de legende geworden.
Opvallend is dat Lucy
Strange in dit verhaal dezelfde ingrediënten gebruikt als in Het geheim van het Nachtegaalbos (Gottmer
2020), dat in 2018 een Vlag en Wimpel
ontving. De twaalfjarige Henrietta in dit boek heeft minstens evenveel fantasie
als Petra en doorploegt ook heel wat geheimen om haar familie samen te houden.
Niettemin blijft het fascinerend om te ervaren hoe Strange haar ingenieus
geconstrueerd web van raadsels en geheimen tot het laatste draadje oplost. Het
tempo van onthullingen schiet plots wel erg de hoogte in wanneer het verhaal
naar zijn climax gaat. Tijdens een chaotisch gevecht in de vuurtoren
achterhaalt Petra de identiteit van de echte collaborateurs, die net op het
punt staan de Duitse invasie in te leiden. Uiteindelijk zal deze ontdekking alle
geheimzinnigheid rond Petra’s gezinsleden verklaren. Maar enkel de aandachtige
lezer die de nodige details en aanwijzingen in het boek heeft vastgehouden, zal
erin slagen om doorheen deze rollercoaster van onthullingen het volledige
plaatje te zien.
‘Een van de vreselijke dingen
aan een oorlog is dat je geen pauze krijgt om op adem te komen.’
Weer zo’n pareltje
van een zin, typisch voor Strange, waar je toch blijft aan hangen. Wie dit boek
gelezen heeft weet precies hoe dat moet voelen.
Lucy Strange: Ons kasteel aan
zee, Gottmer, Haarlem 2020, 336 p. : ISBN 9789025770648. Vertaling van Our
Castle by the Sea door Aleid van Eekelen-Benders. Distributie L&M Books
deze pagina printen of opslaan