Vanaf negen jaar

JEUGDBOEKEN NR. 7, JULI 2020

Katherine Rundell: Sophie op de daken

door Henk van Viegen

9+ - Tijdens haar studiejaren in Oxford raakt Katherine Rundell gebiologeerd door (verhalen over) roofclimbing. In haar tweede jeugdroman uit 2013, Rooftoppers, nu in vertaling onder de titel Sophie op de daken, gebruikt ze wat ze erover weet. De Nederlandse uitgever bracht eerst twee latere boeken uit, uit 2016 en 2018, vertaald als Feo en de wolven (naar mijn idee haar beste boek)en De ontdekkingsreiziger. Vanaf haar debuut mengt ze sprookjesachtige fictie en realiteit; daarbij gelden voor de stevige hoofdpersonages de adagio’s: ‘als je maar wilt’, ‘geef nooit op’ en ‘als iets niet helemaal onmogelijk is, is het dus mogelijk’. Deze vroege roman is qua constructie wat onevenwichtig en leunt behoorlijk op bekende elementen uit beroemde jeugdromans, maar heeft wel een origineel onderwerp.

Sophie is als baby, ergens in de 19de eeuw, ooit gevonden op de golven, in een cellokist, na een schipbreuk. De vinder is de geleerde boekenvriend Charles, die haar meeneemt en jarenlang in z’n eentje opvoedt, op zeer eigenzinnige wijze. Charles en Sophie zijn minstens even excentriek, en vooral dat Sophie dat is, vindt de strakke mevrouw van de kinderbescherming, juffrouw Eliot (altijd ouderwetse, ongetrouwde tangen in dit soort verhalen), bijzonder jammer. In plaats van haar netjes op te voeden tot brave, oppassende (huis)vrouw, laat Charles Sophie rondlopen in tamelijk extravagante, jongensachtige kleding, stuurt hij haar niet naar school en zijn de eet- en schoonmaakgewoontes niet echt je ware.

Sophie is ervan overtuigd dat ze geen wees is, maar dat haar moeder de scheepsramp heeft overleefd. Een naamplaatje onder de voering van de cellokist brengt de twee naar Parijs. Daar heeft de politie verdacht weinig zin om het dossier van de scheepsramp te openen, meer zelfs, Charles en Sophie dienen van de hoofdcommissaris zo snel mogelijk het land te verlaten. Sophie duikt onder op de zolderkamer van hun hotel, komt via een zekere Matteo terecht in een heus dakleven van weeskinderen die anders op straat gezworven zouden hebben: rooftoppers. Ze ontwikkelt zich razendsnel tot dakloper en hoort op een gegeven moment wonderschone en bekende cellomuziek…

Het boek is duidelijk schatplichtig aan al die jeugdboeken met wijsneuzige, onaangepaste, boekenwurmige en dappere meisjes, en uiterst sympathieke maar dwarse geleerden/opvoeders. Met nog een vleugje Levende bezems van Liza Tetzer (dakleven + rivaliteit van jeugdbendes). De bekende (Victoriaanse) motieven komen aan de orde: weeskinderen, zoektocht naar identiteit en afkomst, het vinden van de verloren gewaande ouder(s), het onwrikbare type van de kinderbescherming, de barse politieman. Die in dit geval niets kwijt wil over de scheepsramp en ook geen lijst met namen wil overhandigen.

Qua constructie is het een enigszins rommelige boel. Er is het Engelse deel, waarin sprake is van een langzame groei naar de zoektocht naar de moeder. In dat deel is de toon tamelijk licht, met enkele humoristische toetsen, vooral op het punt van de eetgewoonten. Het Parijse deel is vooral erg serieus. Charles wil dat Sophie zich gedeisd houdt, zodat de politie haar niet kan vinden. Er wordt gesuggereerd dat hij op zoek gaat naar antwoorden, immers: waarom zouden ze anders in Parijs blijven? Maar daar horen we al snel niet veel meer over. Charles boet ook in aan excentriciteit in dit Parijse deel. Sophie heeft gierende haast om haar moeder te vinden, maar nachtenlang gaat het alleen over het leven van, en met, Matteo en diens manieren van overleven. Bij toeval komen ze op het dak van het politiebureau waar de gegevens over de ramp moeten liggen, en dan heeft ze weer haast. Ook de verhaalelementen worden tamelijk zichtbaar en soms zelfs krukkig aan elkaar geknoopt. Zo weet Charles binnen een minuut een receptioniste aan het praten te krijgen over de corruptie van de agent die ze gaan spreken en ploft Matteo onverwacht en meteen de zolderkamer binnen als Sophie het net opengekregen heeft.

Enkele motieven zijn dan wel weer zorgvuldig aangebracht. De liefde van Sophie voor de daklopers wordt goed voorbereid: als kind hield ze al vooral van de lucht, ze speelde op het dak en sliep bovenop de klerenkast. Aardig is ook het motief van de jongens/meisjeskleding, dat gebruikt Rundell in het slot mooi bij het vinden van één van de antwoorden: waren er ook vrouwelijke musici aan bord van het verloren gegane schip?

Het onderwerp, daklopers, lijkt me (wél) origineel binnen de jeugdliteratuur. Dat er daarboven tamelijk veel ongeloofwaardigs gebeurt, zoals een razendsnelle Sophie en een minutenlange oversteek over een touw (maar misschien gaat het hier om een droom?), zal menig lezer geen enkel punt vinden. Of dat het document met namen van de scheepsramp binnen zeer korte tijd gevonden wordt in een onmetelijk archief. Spannend zal het zijn! Veel goed doen taal en stijl, met name de beeldspraak is vaak geslaagd, en dan vooral die in het Engelse deel.

Het omslag heeft, in tegenstelling tot de fraai geïllustreerde Engelse hardcover, een afbeelding van de Eiffeltoren. Ook begint elk (genummerd) hoofdstuk met een vignetje waarop dit icoon van Parijs het prominentst aanwezig is. Een beetje vreemd omdat de toren helemaal niet genoemd wordt in het boek!

Katherine Rundell: Sophie op de daken, Luitingh-Sijthoff, Amsterdam 2020, 216 p. ISBN 9789024580903. Vertaling van Rooftoppers door Jenny de Jonge. Distributie VBK België 

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 3, MAART 2024

Binnen in de aarde is een berg

Hester Knibbe

De zomers

Ronya Othmann

Het mensenschip

Autran Dourado

Onze James. De vrouwen van Ensor

Jan Bultheel, Eric Min (nawoord)

Woestijnpassages

Emmelien Kramer

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 3, MAART 2024

Een toren van tijgers

Lizette de Koning, Gareth Lucas (ill.)

Eenbeen

Thijs Goverde

Roofvogels. De mooiste en machtigste dieren in de lucht

Walter De Raedt, Joris De Raedt (ill.)

Salto

Arndís Thórarinsdóttir, Linde Faas (ill.)

Springlevend

Saskia de Bodt

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri