Vanaf negen jaar

Joke van Leeuwen: Een halve hond heel denken

door Koen Sels

9+ - Het kijken naar beelden is tegelijk ook een spel van je verbeelding. Of het nu om kunst gaat of het beeld in het algemeen, de visuele waarneming veronderstelt steeds een al dan niet bewuste interpretatie en is dus complexer dan ze op het eerste gezicht lijkt. Joke Van Leeuwen leert jonge lezers in Een halve hond heel denken om anders te kijken naar resp. kunst en beelden in het algemeen, zonder hen bij de hand te nemen en te wijzen op die dingen die ze móéten zien. Al kijkend leer je hoe gelaagd de visuele waarneming en het beeld zijn. De educatieve opzet laat ze daarbij niet in de weg staan van de creativiteit van de lezer. Zélf kijken en denken staat dan ook voorop.

Het boek wil een inzicht bieden in de elementen die constitutief zijn voor beelden en in de vaak onbewuste processen van de visuele waarneming. In een luchtige en aftastende vertelstijl laat Van Leeuwen jonge lezers zien dat dit niet zomaar een bot kijken is, maar dat ze bepaald wordt door een veelheid aan cognitieve, fysische, psychologische, culturele, ideologische en talige invloeden. Op die manier ontdekt de lezer dat we nooit zomaar zien wat we zien, maar dat kijken een actief proces is. Daarnaast leer je ook wat de plaats van het beeld in de maatschappij is, en vooral welke invloed beelden en het kijken ernaar op ons hebben. Het resultaat is een filosofisch boekje dat de lezer er in één beweging van bewust maakt dat onze cultuur overladen is met beelden.

Hoewel het boek niet over kunst op zich gaat, zegt Van Leeuwens invalshoek wel veel over de manier waarop kunstenaars met beelden en de werkelijkheid omgaan - zo is veel kunst immers net gebouwd op de illusies van de waarneming. Van Leeuwen bekijkt de materie dan ook vaak met de blik van een illustratrice, en het artistieke perspectief is bijgevolg nooit ver weg. Bovendien wordt er ook veel verwezen naar en gewerkt met bekende kunstwerken (bv. Las Meninas van Velasques), die uiteraard ideaal materiaal leveren voor Van Leeuwens betoog. Daarbij leer je o.m. hoe tekeningen of schilderijen de werkelijkheid structureren, en kan je zelfs ontdekken hoe je zelf aan de slag kan gaan met die mechanismen. Omdat een dergelijk zelfbewustzijn essentieel is voor een begrip van veel hedendaagse kunst, zou je zelfs kunnen stellen dat het boek je aanzet om zelf een artistieke kijk te ontwikkelen op beelden. Die houding impliceert dan weer een kritische en filosofische kijk op het begrip 'realiteit'.

In korte, badinerende hoofdstukjes die gelardeerd zijn met functioneel beeldmateriaal krijgt de lezer stukje bij beetje een dieper inzicht in het onderwerp. Van Leeuwen opent het boek met een hoofdstuk over de rol van de hersenen bij het kijken, om zo al snel te belanden bij de flexibiliteit van het kijken en gezichtsbedrog. Verder laat de auteur o.m. zien hoe je in een tekening met enkele simpele lijnen een bepaald figuur kan neerzetten. In een langer hoofdstuk gaat ze ook in op enkele bevindingen uit de optica over kleur. Zo besteedt ze o.m. aandacht aan natuurkundige perspectieven op het waarnemen van kleur, en aan het onderscheid tussen primaire en secundaire kleuren. In andere hoofdstukken wordt dan weer ingegaan op de invloed van het licht, het lijnperspectief, de gulden snede, de illusie van bewegend beeld etc.

Naast deze vrij technische hoofdstukken bekijkt Van Leeuwen het onderwerp ook vanuit een filosofische invalshoek, met vooral aandacht voor de semiotiek, die het verband onderzoekt tussen beelden, betekenis en taal. Op een ongedwongen manier slaagt ze erin om een concrete invulling te geven aan het erg abstracte onderwerp. Zo laat ze aan de hand van symbolen en pictogrammen zien hoe beelden zich verhouden tot een erg nauwe of juist ruime achterliggende betekenis. Verder ontdek je bv. ook hoezeer beelden worden gebruikt als middel om te manipuleren (zoals in de reclame) en hoe ze een uitdrukking kunnen zijn van status en macht. In een laatste hoofdstuk, over inspiratie, laat Van Leeuwen dan weer zien dat beelden ook steeds andere beelden uitlokken, en krijgt de lezer inzicht in een proces als toe-eigening.

Uit voorgaande mag blijken dat Van Leeuwen erin slaagt om bijna argeloos allerlei moeilijke thema's aan te pakken, zonder dat het boek expliciet theoretisch wordt. Een halve hond heel denken bestaat immers uit brokjes bevindingen en opmerkingen, en zet daardoor aan om zelf betekenis te creëren. Ook de afbeeldingen betrekken de lezer bij het boek, en vragen om actief te kijken en om de woorden van de auteur steeds te toetsen aan het materiaal dat voorhanden is. De soms povere kwaliteit van de afbeeldingen wordt daarbij ruimschoots goedgemaakt door de enthousiaste en mild humoristische stijl.

Joke Van Leeuwen: Een halve hond heel denken, Querido, Amsterdam 2008, 125 p. : ill. ISBN 9789045106090

Oorspronkelijk verschenen in De Leeswelp 2008

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 3, MAART 2024

Binnen in de aarde is een berg

Hester Knibbe

De zomers

Ronya Othmann

Het mensenschip

Autran Dourado

Onze James. De vrouwen van Ensor

Jan Bultheel, Eric Min (nawoord)

Woestijnpassages

Emmelien Kramer

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 3, MAART 2024

Een toren van tijgers

Lizette de Koning, Gareth Lucas (ill.)

Eenbeen

Thijs Goverde

Roofvogels. De mooiste en machtigste dieren in de lucht

Walter De Raedt, Joris De Raedt (ill.)

Salto

Arndís Thórarinsdóttir, Linde Faas (ill.)

Springlevend

Saskia de Bodt

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri