3+ - De Vlaamse
auteur en illustrator Leo Timmers heeft wat met voertuigen, getuige titels als Wie rijdt? (2007), Toeta!, Vroem! en Broem! (kartonboekjes, 2006), Boem (2011) en De kar van de koning (2012). Ook in Timmers’ nieuwe prentenboek Garage Gust passeren vanzelfsprekend
flink wat voertuigen de revue.
Timmers hanteert een overzichtelijke plot: op telkens twee
dubbele bladzijden verbeeldt hij links de drukte in Gusts garage, terwijl hij op
de rechterpagina de klanten van de werkplaats voorstelt. Die rechterhelft is op
de eerste bladzijde nog leeg; de prent van Gusts autobedrijf blijkt des te
drukker en opvallender. Gust heeft een keur aan ongewone spullen verzameld; een
versleten zetel, een knalroze koelkast, een verroeste kachel en een bemoste
badkuip. Wanneer de eerste klanten arriveren, blijken die opmerkelijke
attributen echter hun diensten te bewijzen. Als het zadel van Rico de neushoorn
te klein blijkt, monteert Gust de zetel en een extra wiel aan het voertuig,
zodat Rico weer vrolijk verder kan snorren. Gina giraffe heeft geen dak
gekocht, waardoor ze last heeft van de tocht. Met behulp van enkele oude tonnen
en de kachel tovert Gust haar autootje tot een comfortabel en vooral warm voertuigje
om. Mevrouw De Keyzer, een deftige pinguïn, heeft dringend een koelsysteem
nodig, terwijl Hendrik de haas over het gebrek aan snelheid klaagt. Met de
nodige dosis inventiviteit weet Gust altijd wel een oplossing te bedenken.
Het terugkerende
patroon van klanten met hun problemen mag dan wat voorspelbaar lijken, het
blijft spannend en vooral bijzonder grappig om te ontdekken welk staaltje van
creativiteit de garagehouder zal inzetten om z’n klanten tevreden te stellen.
De tekst biedt hierbij een ondersteunende rol. Aan elke situatie worden vier
regels gewijd; twee regels ter introductie van de problematiek, steevast
gevolgd door de slagzin: ‘Gust heeft nog wat spullen staan. ‘Alsjeblieft en
graag gedaan.’ Het is alweer pikkedonker als Gusts werkdag erop zit: ‘Gust is
moe en Gust is klaar. Gust is smerig (beetje maar)’. Ook daar heeft Gust iets
op gevonden, met een geslaagde slotprent als toemaatje.
Dit verhaal over voertuigen
staat garant voor dynamische en kleurrijke prenten. Timmers heeft zich –
volledig in zijn gekende stijl – behoorlijk uitgeleefd in het ontwerpen van de
meest originele voertuigen, vol pedalen en hendels. Het zijn rijke prenten,
waarop heel wat te ontdekken valt, zoals een goudvis, ronddobberende in z’n
kom, een badende eend en enkele vogels die de drukke werkzaamheden gadeslaan.
Alle dieren krijgen een geheel eigen identiteit; Rico neushoorn is het
prototype van de stoere motorrijder, compleet met tattoo en kledij met
doodshoofden. Hendrik de haas toert dan weer rond in een vrachtautootje met
afbeelding van een wortel. Het zijn dergelijke grappige details die Timmers’
oeuvre verrijken en een eigen karakter verlenen.
Garage Gust overtuigt als een ingenieus uitgewerkt verhaal. De
kleurrijke, gelaagde prenten zijn een feest voor het oog en blijven dankzij de
uitgekiende compositie overzichtelijk. Het terugkerende patroon van klanten
vooruithelpen met hoogst originele bolides wekt spanning op en doet verwachtingsvol
uitkijken naar alweer een nieuwe inventieve creatie. Garage Gust is dan ook het ideale cadeautje voor kleine autofanaten
én hun volwassen voorlezers.
Amsterdam : Querido, 2015, [28] p. :
ill. ISBN 9789045118789
deze pagina printen of opslaan