Vanaf negen jaar

JEUGDBOEKEN NR. 6, JUNI 2023

Annejan Mieras, Evelien Jagtman (ill.): Het kleine heelal

door Katrien Maris

10+ - Annejan Mieras verstaat de kunst om op een ontroerende en tegelijkertijd sprankelende manier een inkijk geven in het leven van kinderen die het thuis niet altijd even makkelijk hebben. Dat zagen we eerder in Portiek Zeezicht (Lemniscaat 2018) en ook in Homme en het noodgeval (Lemniscaat 2019), waarvoor ze in 2020 van de Griffeljury een Vlag en Wimpel ontving.  

Ook voor de bijna elfjarige Raaf is het leven niet bepaald lief. We treffen haar begin november aan in een stacaravan op de verlaten camping Het Kleine Heelal. Daar woont ze tijdelijk met haar moeder omdat het lekt in hun appartement. Haar vader is plots op een mysterieuze manier verdwenen, wat haar moeder vaag uitlegt als ‘oponthoud’ met zijn sleepwagen. En daar komt ook nog eens bij dat Raaf voor drie dagen geschorst is op school.
 
Mieras geeft haar personages diepgang. Ze kruipen je onder de huid om er te blijven. Bijzonder knap hoe de schrijfster hier en daar een zin tussen de tekst verweeft, waarmee je een bepaald personage toch weer net dat tikkeltje beter kan doorgronden. Zo komen we er bijvoorbeeld tussen de regels achter dat Raafs schorsing geen geïsoleerd ongelukje was. Ze kreeg de week ervoor nog een time-out van een dag omdat ze een klasgenootje van het klimrek duwde. In het relaas van de schorsing zelf wordt het sneeuwbaleffect dat haar permanente gebrek aan impulscontrole veroorzaakt, pas goed duidelijk. Eerst beledigt Raaf enkele klasgenootjes en de juf krijgt een schop.
 
Ook Raafs moeder is geen alledaags personage. Als zorgkundige gaat ze elke dag op haar blauwe brommer, een echte Berini, op pad om haar ‘makkers’ thuis te assisteren bij ADL activiteiten. Wie nauwkeurig leest, pikt op dat haar jeugdvriendin reuma had en beseft dat de kiem voor dit zorggedrag al vroeg in haar jeugd gelegd werd. Ze heeft het talent om de omstandigheden te accepteren zoals ze zijn, zonder bij de pakken te blijven zitten. Toch is bij momenten haar ingehouden woede en frustratie omtrent de geheimzinnige afwezigheid van haar man duidelijk voelbaar. ‘“ Geen idee wanneer oponthoud weer ophoudt!” riep mam harder dan nodig was.’
 
Net zoals Raaf wil je als lezer heel graag weten wat er precies met haar vader aan de hand is. Heel behendig en beheerst reikt Mieras hierover telkens weer nieuwe puzzelstukjes aan. En zo kan de puzzel van de lastige geschiedenis van dit gezin aan het einde van het verhaal volledig gelegd worden. Alle stukjes passen mooi in elkaar.
 
Maar dit verhaal vertelt vooral hoe Raaf, met haar rugzakje, gaandeweg leert omgaan met een intens gemis. Ze mist hun huis aan de Tomatenstraat, maar vooral mist ze haar vaders aanwezigheid in die kleine, dagelijkse dingen. Er zijn bijvoorbeeld papa’s ‘zomerboterhammen’. ‘Boterham, eigen appelmoes, beetje kaneel, schuin dubbelklappen en dan schommelend opeten.’ Zonder hem lijkt Raaf de weg kwijt en weet niet meer wat ze moet geloven. Ze voelt zich, schrijft Annejan Mieras poëtisch: ‘Een soort van uitgerafeld.’
 
Een belangrijke persoon op Raafs pad is Nicolaas, de iets oudere zoon van de eigenaar van de camping die pas zijn moeder verloor. Hij gelooft alleen maar in de wetenschap en is bijzonder gefascineerd door het heelal en de oerknal. Aanvankelijk wringt het tussen hen. Pijn vermenigvuldigd met pijn geeft wel vaker conflict en bovendien heeft Raaf een gloeiende hekel aan sterren. Wanneer ze op een avond toch samen sterren kijken in zijn hut, met een telescoop die nog van zijn moeder was, vertelt hij hoe zij ervan overtuigd was dat de zon ons bij elkaar houdt. Copernicus zei immers: ‘In het midden van alles woont de zon.’ Die gedachte zet haar aan het denken en verzacht haar houding naar Nicolaas en het heelal enigszins.
 
Het gedachtegoed van Raafs beste vriendin Miracle, die thuis erg gelovig wordt opgevoed, staat scherp in contrast met dat van Nicolaas. Zij houdt vast aan het scheppingsverhaal en omarmt met een argeloze verwondering de hele wereld. Miracles grote liefde voor het orgel geeft een beeld van hoe zij in het leven staat: ‘De trilling in de lucht kan ik dan echt aanraken. De muziek pakt me in en tilt me op, alsof…’ Aanvankelijk lijkt Raaf vooral geïrriteerd door Miracles kijk op de wereld en de meisjes krijgen ruzie. Pas wanneer Raaf beseft dat zowel wetenschap als religie handvatten in het leven kunnen bieden, lijkt ze weer wat vaste grond onder haar voeten te krijgen.
 
Annejan Mieras, Evelien Jagtman: Het kleine heelal, Lemniscaat, Rotterdam 2023, 205 p. : ill. ISBN 9789047713005

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri