Poëzie

BOEKEN NR. 7, JULI 2019

René Char: Een vreemdeling voor de dageraad. Gedichten

door Jan Baes

'Talloze keren, telkens weer,
Val je in slaap tot je lichaam ontwaakt;
Dan een keer, en maar één keer,
Val je in slaap en je lichaam verzaakt.'
 
Dit ‚Slaapliedje voor iedere dag tot de laatste‘ bewijst dat de poëzie van René Char (1907-1988) ook eenvoudig en direct begrijpelijk kan zijn. Het komt uit de bundel La parole en archipel (1952-1960) en maakt deel uit van de selectie die de dichter een jaar voor zijn dood samenstelde voor een audio-opname. Vandaag is het de basis voor een poëtisch potpourri, samengesteld en vertaald door Anno Lampe die, met de steun van uitgeverij IJzer, ons al enige jaren tracht mee te nemen in het oeuvre van deze aparte en schitterende dichter.
 
Dat gebeurt telkens in tweetalige edities met een aangepaste inleiding en vooral een uitgebreid notenapparaat dat van groot nut is bij het lezen en smaken van deze soms moeilijke poëzie. In meer dan een opzicht is het werk van René Char verwant aan dat van Paul Celan, minder tragisch maar even intens, even ‚compact, meerduidig, aforistisch en metaforisch‘ zoals Laurent de Maertelaer het in zijn bespreking van Woede en mysterie (Fureur et mystère) terecht markeert.

Je zou ook kunnen zeggen dat het eerder cryptisch dan hermetisch is, dat zijn aanpak altijd middel is en nooit een doel, en dat het zich altijd en graag prijsgeeft als men maar bereid is het met open geest met liefdevolle aandacht te benaderen. Zoals in dat prachtige gedicht over een passionele liefde met zijn op het eerste gezicht vreemde titel ‚Évadné‘, in feite een Griekse meisjesnaam en een nymf uit de mythologie, maar ook een samenstelling uit de woorden évadé (ontsnapt) en né (geboren).
 
'De zomer en ons leven, wij waren één
Het veld at de kleur van jouw geurige rok
Begeerte en dwang hadden zich verzoend'.
 
Symbiose, een opgeschort kledingstuk, lichaam en geest in unisono.
 
De liefde, veelal in samenhang met de natuur, is zijn meest geliefde thema : 'Ik wil voor jou vrijheid zijn en de wind van het leven die over de drempel van alledag stapt voordat de nacht onvindbaar wordt.' (Marthe)
 
En ook het einde ervan liefde in een gedicht dat bulkt van de tegenstellingen : 'Ik heb in werkelijkheid slechts één keer gehuild. De verdwijnende zon had jouw gezicht afgesneden. Je hoofd was in de kuil van de hemel gerold en ik geloofde niet meer in de volgende dag.' (L'inoffensif)
 
De dood is uiteraard het thema bij uitstek voor een man die in de oorlog het gewapende verzet in de Vaucluse leidde om er nadien nooit meer over te spreken, behalve dan indirect in zijn poëzie: 'Geef hen terug wat ze niet meer in zich hebben [...] want niets lijdt schipbreuk of schept behagen in as; / en wie kan zien hoe de aarde vrucht gaat dragen, / hem deert geen mislukking, al heeft hij alles verloren.' (Redonnez-leur...)
 
Char was gewonnen voor het cyclisch wereldbeeld van de Griekse filosoof Herakleitos, een onderwerp dat hij zeker aansneed met zijn vriend Albert Camus wiens vroege en tragische dood hem sterk heeft aangegrepen: 'Er loopt geen rechte lijn of verlichte weg meer naar iemand die mij heeft verlaten. Waar vinden wij verdoving voor onze genegenheid ? Komt hij in steeds dichtere kringen op ons toe, dan is het om meteen weer te verdwijnen.' (L'éternité à Lourmarin)
 
Naast gedichten over leven en dood en de filosofische aspecten ervan is René Char altijd een humanist gebleven met een hang naar het hogere en zelfs het mystieke, als een hoopvolle pessimist, wat dat ook wil zeggen. Zo is: 'De mens (is) een vreemdeling voor de dageraad. Maar in de jacht op het leven dat men zich nog niet kan voorstellen, zijn er verlangens die huiveren, fluisteringen die elkaar trotseren en kinderen die gezond en wel ontdekken'. (Jacquemard et Julia)
 
Maar ook: 
 
'Haast je om jouw deel door te geven
van het wonder, de rebellie, de weldaad
Echt, je loopt achter op het leven
Het onuitsprekelijke leven.' 
(En trente-trois morceaux)
 
'La vie inexprimable' of 'het onuitsprekelijke leven' kan hier ook het onuitgesproken leven zijn, het leven dat niet in woorden te vatten is, het onbeschrijflijke leven.
 
Wat ons brengt op de moeilijkheid om Char te vertalen. Woorden zijn bij hem zelden beperkt tot de voor de hand liggende of eerste lexicografische betekenis, wat het voor vertalers tot een soms onmogelijke klus maakt. Anno Lampe werd wel eens verweten wispelturig te zijn. De vraag is in hoeverre men bij deze dichter naar de letter of naar de geest moet vertaler als het tegelijk niet kan. De beste oplossing wordt hier zoals gezegd gepresenteerd: een tweetalige uitgave met een redelijk getrouwe vertaling en een verklarend hoofdstuk dat de lezer voldoende op weg helpt als hij er zelf niet uitkomt.
 
Ten slotte is er de vrijheid of zoals het in ‚De grasmus in het riet heet‘: 
 
'De boom die voor het geweer het meest in het oog springt is niet een boom voor zijn vleugels. De ongedurige is gewaarschuwd; hij houdt zich stil wanneer hij er doorheen vliegt.
De wilgeteen, even gegrepen, is meteen alweer verlaten door de vluchtige klauwtjes. Maar vanuit het bosje riet waar hij is neergestreken, wat een cavatines! Hier zingt hij. Heel de wereld moet het weten.
 
Zomer, rivier, ruimte, verscholen geliefden, een hele watermaan, de grasmus herhaalt: "Vrijheid, vrijheid, vrijheid, vrijheid...".' 
(La fauvette des roseaux)
 
René Char: Een vreemdeling voor de dageraad, IJzer, Utrecht, 2019, 128 p. Tweetalig FR-NL. Vertaling van Un étranger pour l'aurore door Anno Lampe. ISBN 9789086841790. Distributie EPO

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 3, MAART 2024

Binnen in de aarde is een berg

Hester Knibbe

De zomers

Ronya Othmann

Het mensenschip

Autran Dourado

Onze James. De vrouwen van Ensor

Jan Bultheel, Eric Min (nawoord)

Woestijnpassages

Emmelien Kramer

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 3, MAART 2024

Een toren van tijgers

Lizette de Koning, Gareth Lucas (ill.)

Eenbeen

Thijs Goverde

Roofvogels. De mooiste en machtigste dieren in de lucht

Walter De Raedt, Joris De Raedt (ill.)

Salto

Arndís Thórarinsdóttir, Linde Faas (ill.)

Springlevend

Saskia de Bodt

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri