Bart Stouten heeft in zijn poëzie altijd al
de grens afgetast tussen lyrische sfeerschepping en verhalende elementen, maar
de jongste tijd is de dichter van langsom meer gaan experimenteren met dat
lange, half-verhalende gedicht. Na bunkers
(2021) is ook deze Autocue voor lockdown
een hybride tekst, waarin diverse stemmen en genres samenklinken op een haast
symfonische wijze. De auteur presenteert een soort van monoloog waarbij hij
zich als het ware richt tot zijn eigen spiegelbeeld, een afgesloten communicatie
die rechtstreeks samenhangt met de pandemie en de lockdown. De besloten
eenzaamheid van die periode wordt nog versterkt door de precaire gezondheid van
de dichter, die resulteert in ziekenhuisopnames. Daarbij komt de
maatschappelijke onzekerheid, die het weefsel van de samenleving dreigt te
ontwrichten.
Die
dialoog met zichzelf neemt de gedaante aan van een alter ego dat zich tot de
dichter richt en hem vertelt wat te doen en te zeggen. Daarbovenop komen in
cursief nog een soort van mijmeringen die de vorm aannemen van
regieaanwijzingen. Op die manier komt een meerstemmigheid tot stand waarin
stemmen en tegenstemmen elkaar behoedzaam in evenwicht houden. Daardoor heeft
deze bundel iets weg van een Socratische dialoog.
Die filosofische dimensie is inderdaad merkbaar op elke
bladzijde. De dichter gaat bij zichzelf op zoek naar de zin van het leven, maar
dat doet vanuit het standpunt van wat men ‘praktische’ filosofie zou kunnen
noemen. In plaats van grote theorieën zoekt hij aan de hand van zijn eigen
bestaan wat levenskunst kan betekenen. Het heden wisselt af met herinneringen
uit het verleden, en de tragiek van zijn eigen bestaan (met jong gestorven
ouders en een breekbare jeugd) wordt beschouwd als een essentiële component van
zijn levensvisie. Stouten kiest inderdaad voor een bestaan dat zich focust op
het heden, zonder de band met wat voorbij is en wat nog moet komen uit het oog
te verliezen. Dat momentane perspectief relativeert in ieder geval al te
absolute uitspraken over normen, over goed en kwaad, over de rol van God in het
leven van de mensheid. In plaats daarvan spelen ontmoetingen de hoofdrol.
Andere mensen weten de ikfiguur te raken, zowel lichamelijk als emotioneel en
cognitief. Het zijn ogenblikken die mensen veranderen, die hen een bepaalde
richting opsturen, die ook lang daarna nog hun effect blijven hebben. Die
waardevolle ontmoetingen worden opgeroepen in herinneringen en dromen.
Soortgelijke ervaringen bieden ook de kunst en de
literatuur. Voor iemand die zijn loopbaan gewijd heeft aan klassieke muziek en
literatuur hoeft dat niet te verbazen. Ook nu weer laat Stouten zien hoe
cultuur wezenlijke kwesties aanraakt, die een mens tot in zijn diepste zenuwen
kunnen raken. Kunst laat diverse scenario’s zien, opent onvermoede
mogelijkheden, zet mensen aan het denken. Net de spanning tussen identificatie
en vervreemding vormt de essentie van de artistieke ervaring. Het is dan ook
die spanning die in deze bundel centraal staat. Doordat de dichter over zichzelf
reflecteert, ontstaan ontdubbelingen en een soort van innerlijk Socratisch
gesprek. Dat geeft ook de lezer voortdurend de mogelijkheid om zijn eigen
standpunten te formuleren in relatie tot wat hij leest,om de dichter te volgen
maar tegelijk ook een zekere afstand in te bouwen. Dit lange gedicht is
daardoor een soort van complex gedachtenexperiment. Formeel is de tekst minder
geraffineerd dan Stoutens eerdere bundels, maar als getuigenis van een
moeilijke tijd is het boek zeker de moeite waard.
Bart Stouten: Autocue voor lockdown, P., Leuven 2023, 55 p.
ISBN 9789464757002
deze pagina printen of opslaan