7+ - Sommigen zullen misschien wat moe worden van alle aandacht
voor diversiteit, inclusiviteit en gender in jeugdboeken. Uitgevers en auteurs
trekken zich daar In elk geval niet veel van aan, er is volop ruimte voor
verhalen en experimenten op deze gebieden. Nout & ik in de razende
ruimte vertelt zonder enige poespas over vriendinnen die gezellig gaan
samenwonen, buurmannen van verschillend ras die ‘bij elkaar gaan logeren’, een
vrouw in een rolstoel die de hoofdpersonages uit een netelige situatie haalt.
Een geinig experimentje zou je het ik-personage kunnen noemen. Het blijft
onduidelijk of dit een jongen of een meisje is, zowel in de tekst als op de
illustraties; de tekenaar schijnt dit getest te hebben op een jong publiek.
Nout en de
naamloze ik-figuur wonen bij hun moeders, die vinden dat gewoon gezellig, voor
elkaar en voor de kinderen. Er wordt gesuggereerd dat de vaders overleden zijn.
Het verhaal draait om het vinden van de door Nout geïntroduceerde ‘Razende
Ruimte’. Nout weet waar die is, maar ook weer niet, in elk geval vertoont hij
voortdurend uitstelgedrag of hij verzint dat de ingang verplaatst is. Voor die
Razende Ruimte hebben de twee natuurlijk wel een soort outfit nodig, vinden ze,
zoals laarzen en een helm. De laarzen heeft Nouts moeder, Margot, wel, al zijn
ze erg groot. Bij buurman Arush scoren ze voor allebei een helm.
Al dingen doend,
zoals naar de stad, laarzen kopen bij de kringloopwinkel en naar de bieb of
Arush’ hond Kwispel uitlaten, vragen ze zich elke keer af of ze nu in de
Razende Ruimte zijn. Ze lijken steeds dichter bij het antwoord te komen. Was
het tijdens het over de sloot springen, toen het zo onweerde? Was het in de bus
die ze naar huis bracht met al die over de Razende Ruimte enthousiaste mensen,
zelfs uiteindelijk de chauffeur Angela (toch een engel dus)? Steeds net niet.
Nout komt er nog het dichtste bij, op de zolder van Frans, later beseft hij dat
hij daar naar terug moet. Het antwoord komt pas echt als ze die Ruimte alleen,
voor zichzelf, ervaren. Het is wel duidelijk dat het kernbegrip hier
verbeelding is.
Bij de leerzame zoektocht pikken
de twee hoofdrolspelers, en daarmee de jonge lezers, natuurlijk ook nog wat
andere lessen mee. Zoals dat de grote heg van buurman Frans niet bedoeld is om
zich af te zonderen, maar om het dierenleven te stimuleren en te beschermen. Daarmee
meteen, en onnadrukkelijk, een vooroordeel uit de weg ruimend. Ook een ander
vooroordeel komt losjes langs. Een klasgenootje, Asma, stelt dat de moeders dan
zeker wel verliefd zijn als ze zijn gaan samenwonen. Je kunt ook ervaren dat
een hond uitlaten geen sinecure is, zelfs enorm uit de hand kan lopen. Dat
levert dan weer wel een heel mooi avontuur op, zeker als je weer veilig thuis op
de bank zit.
De
illustrator versterkte het element diversiteit. Hij laat zien dat Nout van een
zwarte vader is, en de ik van een witte. Hij knipoogt ook nog even naar de
genderdiscussie als hij buurman Frans bij het doen van de huishouding ‘klassiek’
aankleedt, met hoofddoek en al. Hij komt overduidelijk uit de school van Philip
Hopman. Vooral op de prenten met de geel- en oranjetinten is dat goed te zien,
en ook aan de gezichten. Dit boekje is opgedragen aan Philip, wie weet, is dat
‘m. De tekeningen zijn sfeervol en ook dynamisch, zie onder andere het kruipen
langs de haag, op een dubbelpagina onder de tekst. Intrigerend is de afbeelding
van de vrouw in de rolstoel, dirigerend boven de bladmuziek in de bieb. Fraai
zijn de momenten waarop Nout en de ik hun Razende Ruimte vinden. Bij de ik
loopt ‘de film’ zo uit zijn op de bankleuning liggende hoofd. Nout vertelt zijn
‘theaterervaring’ zo beeldend dat de ik er meteen in kan rondlopen. Al kun je
die Razende Ruimte dus niet samen vinden, je kunt elkaar er wel deelgenoot van
maken.
Dijksma
geeft alle bewoners van de straat een eigen losstaand huis, wat een geestig
contrast vormt met het in de tekst genoemde plan van Margot, die architect is,
eens lekker rijtjeswoningen met grote ramen te gaan tekenen. Wat de moeder van
de ik, Freja (de Noordse godin van de liefde en het huwelijk!) voor werk doet,
wordt niet verteld. Wel dat ze het meeste doet in de huishouding en dat ze uit
Zweden komt, waar de met dit boek debuterende Doornberg-Puglisi woont.
Wellicht had het
begrip Razende Ruimte iets minder genoemd mogen worden, die woorden beginnen
een beetje te hameren. Maar verder hebben we hier te maken met een vriendelijk,
redelijk origineel boek, dat lekker laconiek doet over diversiteit, gender en
inclusiviteit. Het achterplat is op het genderpunt wel expliciet: ‘.…mag je
zelf weten of de hoofdpersoon een jongen of een meisje is’.
Fleur Doornberg-Puglisi, Aron
Dijksma: Nout & ik in de razende ruimte, Leopold, Amsterdam 2023, 104 p. :
ill. ISBN 9789025884116. Distributie Standaard Uitgeverij
deze pagina printen of opslaan