In vijf verhalen zet de Oekraïense schrijfster Oksana Zaboezjko een wereld neer die ver van ons afstaat, maar die tegelijk ook herkenning oproept. Zaboezjko (Lutsk, 1960) brengt die wereld tot
leven met een paar geheel naar eigen hand gezette hulpmiddelen: stijl en
geschiedenis.
Al
na de eerste zin van het eerste verhaal, ‘Zusje, mijn zusje’, grijpt de
schrijfstijl van Zaboezjko in op je manier van lezen. Zij produceert eigenlijk geen
zinnen, maar taalweefsels: zinnen met daarin bijzinnen, met daaraan
nevengeschikte zinnen, met daarin weer bijzinnen enz. enz. Als scheiding tussen
de zinnen en zinnetjes gebruikt ze dan komma’s, puntkomma’s, gedachtestreepjes
en haakjes. Het is even wennen en zelfs doorbijten. Maar wie dit ongewone
aandurft, wordt beloond.
De vrouwen die in de verhalen aan het woord zijn, pakken de
lezer moeiteloos in. Hun relaas, met een onveranderlijk erdoor geweven innerlijke
monoloog, is waarachtig en raakt de belevingswereld van vrouwen én mannen. Het
gaat over liefde, vertrouwen, verraad en verlangen. Kortom, het menselijke.
Alleen, er is iets extra’s, iets dat de verhalen anders maakt.
Zaboezjko laat op een
subtiele manier de geschiedenis van Oekraïne de verhalen als het ware
‘aantasten’. Het gaat dan om een kalmpjes doorsijpelend besef van onvrijheid,
van dreiging, van weerzin. Het is een achtergrondruis die zo vanzelfsprekend
aanwezig is dat handelen en denken van de hoofdpersonages in de verhalen er
naar zijn gaan staan.
De verhalen in Zusters spelen zich af vóór 24
februari 2022. Aan de grootscheepse aanval op Oekraïne, nu een jaar geleden,
ging een reeks gebeurtenissen vooraf die de gespannen verhouding tussen
Oekraïners en Russen verklaart. Belangrijk hierin zijn de Maidanrevolutie in
februari 2014, de ‘vlucht’ van de pro-Russische president Viktor Janoekovytsj
en de aansluitende Russische militaire interventie, die onder meer de annexatie
van de Krim door Rusland opleverde.
De ernstige geopolitieke strubbelingen
grijpen in op het dagelijks bestaan van de Oekraïners. Een ongemakkelijke gespletenheid
is het gevolg. Sommige burgers zijn pro-Russisch en gedragen zich daar naar,
andere ontwikkelen een haat tegen de Russische cultuur, die zich vóór 2022 nog
volop in Oekraïne deed gelden. Een goed voorbeeld daarvan vinden we in ‘Na de
derde bel geen toegang tot de zaal’, het laatste verhaal uit de bundel. Olha,
een zangeres, wordt geconfronteerd met de naderende menopauze en het feit dat
haar dochter Oeljanka steeds meer rebelleert tegen haar. Het doet haar denken
aan de tijd dat ze zeventien was, precies zo oud als haar dochter. Haar eerste
liefde Odajnyk verscheen toen in haar leven. Die
relatie kende geen gelukkig einde. Olha neemt Odajnyk veel kwalijk. Ook dat hij
op latere leeftijd voor de Russen heeft gewerkt vindt ze onverteerbaar. Zo
wordt een hoogst persoonlijke verhouding subtiel vermengd met de historisch
bepaalde afkeer van de Russen. Onder alle verhalen smeult het vuurtje van de
Russenhaat.
Zaboezjko’s
protagonisten zijn geen doetjes. Heerlijk is de wijze waarop ze bij tijd en
wijle verwoorden dat het leven soms toch wel bijzonder klote is. Dat ontaardt
in geen geval in zelfbeklag. Met name veerkracht en uithoudingsvermogen
kenmerken de vrouwen van Oksana Zaboezjko. Het zijn karaktereigenschappen die
in het hedendaagse Oekraïne alles bepalend blijken te zijn. Zo bezien vinden we
in Zusters de kiem van de Oekraïense onverzettelijkheid.
Deze knap vertaalde
verhalen zijn verplichte kost voor hen die de Oekraïense ziel willen ervaren.
Bovendien werpen ze een licht op het decennium dat vooraf ging aan de huidige
oorlog.
Oksana
Zaboezjko: Zusters. Verhalen, Cossee, Amsterdam 2022, 224 p. ISBN
9789464520422. Vertaling van Sestro, sestro door Helen Saelman & Marina
Snoek. Distributie Pelckmans Uitgevers
deze pagina printen of opslaan