Vertaald proza

BOEKEN NR. 10, NOVEMBER 2020

Bernard Quiriny: Een bizarre bibliotheek

door Jan Baes

'Ik droom ervan mijn huis op termijn zelfvoorzienend te maken en van een toekomst waarin, dankzij mijn vernuft en de poëtische kracht van grote schrijvers, elke woning verlicht en verwarmd kan worden door middel van een door mijzelf zorgvuldig samengestelde bibliotheek.'   

Aan het woord is de anglofiele Belg Pierre Gould, die een vriend rondleidt in wat de merkwaardigste boekenverzameling ter wereld mag worden genoemd. Een bibliotheek met zogenaamde batterijboeken, die effectief kunnen dienen als stroomtoevoer voor een minuscuul gloeilampje en dat onze verzamelaar doet dromen van vurige en passionele schrijvers die hun werk en de wereld zouden kunnen opladen met onvoorstelbare krachten.
 
Dit in omvang bescheiden werkje van de Belgische Franstalige schrijver Bernard Quiriny (Bastenaken, 1978) bulkt van de meest fantasierijke vondsten in verband met boeken, schrijvers en lezers. Boeken die de bezoeker van Goulds bibliotheek met verstomming slaan. Matroesjkaboeken waarvan de alinea's, de zinnen, de woorden zelfs, zodanig combineerbaar zijn dat ze tot in het oneindige nieuwe boeken opleveren. Met bladzijden ook die erotische tekeningen verbergen als men alle letters w (q in het origineel) met elkaar verbindt. Boeken die zowel een correcte tenue als een piekfijne kledij vereisen of anders onbegrijpelijk blijven. Verkrampte boeken die door de schrijver tot in het extreme worden bewerkt om alles wat overbodig is te elimineren en die, eenmaal gedrukt, uit zichzelf verder gaan met het uitzuiveren ervan of indien nodig zichzelf vernietigen.
 
Een tweede thema behelst de schrijver. Zoals die auteur die zijn debuutroman verloochent en de rest van zijn leven druk in de weer blijft om alle resterende exemplaren op te sporen en te vernietigen. Schrijvers die zich letterlijk in de vergetelheid schrijven en na het laatste woord als het ware oplossen in hun tekst. Schrijvers die continu vergeten wat ze geschreven hebben en lezers die er niet in slagen meer dan een pagina te onthouden. Beiden ontwikkelen ze de obsessie om telkens weer met de eerste bladzijde te beginnen.
 
Een oplijsting ook van de meest bizarre instrumenten, zoals de schrijfmachine die automatisch meesterwerken reproduceert en de bedienaar de indruk geeft een koningsdrama van Shakespeare of À la recherche du temps perdu voor zijn ogen te zien ontstaan. Of een schaakspel waarvan de spelregels bij elke zet veranderen. Uitvindingen van de wonderbaarlijke dandy die Pierre Gould blijkt te zijn en die overigens al optreedt in het allereerste boek van Quiriny, L'angoisse de la première phrase (2005).
 
Een bizarre bibliotheek, dat in 2013 bekroond werd met de Grand Prix de l'Imaginaire voor de beste Franstalige novelle, is al de derde novellenbundel van deze Waalse auteur, die met Contes carnivores (vertaald als Vleesetende verhalen) ook nog de Prix Rossel (2008) binnenhaalde. De vertalingen bevatten telkens een ruime keuze uit de oorspronkelijke bundels en munten uit door hun ongebreidelde fantasie en de vele bedekte verwijzingen naar gelijkgestemde auteurs als Borges, Raymond Queneau, Italo Calvino, Georges Perec en zelfs de Flaubert van Bouvard en Pécuchet.
 
De meeste auteursnamen in deze bundel zijn uiteraard fictief op enkele na, zoals Enrique Vila-Matas of de Franse symbolische dichter Henri de Régnier (1864-1936) wiens dichtbundel Tel qu'en songe (1892) even wordt vermeld bij de uit verveling geschreven boeken, maar die bij het opzoeken ervan nog zeer lezenswaardig blijkt te zijn. Een aan Mallarmé verwant dichter aan wie Quiriny overigens met Monsieur Spleen een mooie tekst heeft gewijd.
 
Bernard Quiriny, Een bizarre biblioteek, Voetnoot, Amsterdam, 2020, 123 p. Vertaling van Une collection très particulière door Wilma Beun. ISBN 9789491738647. Distributie EPO 

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri