De Amerikaanse schrijver van kortverhalen George Saunders won met zijn debuutroman Lincoln in de Bardo de Booker Prize 2017. Hij laat twee landgenoten achter zich (Paul Auster (4321) en Emily Fridlund (Een geschiedenis van wolven)), twee Britten (Ali Smith (Autumn) en Fiona Mozley (Elmet)) en de Britse Pakistaan Moshin Hamid (Exit West).
Vier van de zes boeken op de
shortlist zijn intussen vertaald (de laureaat verscheen amper een week terug),
maar voor vertalingen van Ali Smith (best verkopende boek op de shortlist) en
Fiona Mozley moeten we waarschijnlijk tot in 2018 wachten.
In amper vier jaar heeft de
Amerikaanse literatuur de Britse Booker Prize volledig ingepalmd. Anno 2017
gaat voor de tweede keer op rij een Amerikaans auteur met de lauwerenkrans lopen.
De Britten, en bij uitbreiding de Commonwealth, hebben zich buitenspel gezet door
de strijd met de Amerikanen aan te gaan. De Stars and Stripes domineren de
meest prestigieuze prijs van het Verenigd Koninkrijk, terwijl Amerikaanse fictie-bekroningen
als de Pulitzer Prize en de National Book Award strikt voor Amerikanen
voorbehouden blijven.
Nochtans zouden minder dan
dertig procent van de inzendingen voor de Booker Prize 2017 uit de Verenigde
Staten afkomstig zijn. Het zou om het laagste percentage gaan sinds de
Amerikanen mogen deelnemen aan de bekroning. Dit gegeven werd door Booker
Prize-jurylid Lila Azam
Zanganeh aangehaald om de steeds
groeiende transculturele verscheidenheid van de Booker Prize te illustreren. Maar
door de helft van de shortlist in te palmen, wegen de Amerikanen in 2017 meer
dan ooit op de beeldvorming van de Booker Prize.
In 2015 en 2016 haalden al een
recordaantal van vijf Amerikanen de
longlist. Daarvan stroomden telkens twee Amerikanen en twee Britten (inclusief
de Schotten) door naar de shortlist. De overige plaatsen leken voorbehouden
voor Commonwealth-auteurs. Maar met drie Amerikanen, twee Britten en een Pakistaanse
Brit op de shortlist van 2017 lijkt er van de door Zanganeh geprojecteerde
transculturele diversiteit niet veel over te blijven.
De shortlist van de voorbije
jaren werd eerder al in een bijdrage onder de loep genomen, naar aanleiding van
de Booker Prize Shortlist 2016. Wat de longlist betreft, zijn het
naast de Amerikanen de Britten die met het leeuwenaandeel gaan lopen. Als we de
dubbele nationaliteiten met een Brits paspoort meetellen loopt de teller
doorgaans op tot zes nominaties voor de longlist.
Toch blijven er in de regel
(met 2015 als de spreekwoordelijke uitzondering) slechts twee of drie plaatsen op de longlist over voor de Commonwealth-schrijvers die niet door een dubbele nationaliteit gelieerd zijn aan de Verenigde Staten of het Verenigd Koninkrijk. Dat die beperkte groep een ‘relatief’ grotere kans
maakt om de shortlist te halen en uiteindelijk de Booker Prize te
winnen, blijft een troostfactor. Sinds 2014 verdelen de Commonwealth (Australië
en Jamaïca) en de Amerikanen de laureaten, terwijl de Britten met lege handen
achterblijven.
Voor de komst van de
Amerikanen leverden de Britten in de periode 2004 tot 2013 nog de helft van de
laureaten. Nu dreigen ze gekelderd te worden door een 'invasieve soort van eigen
kweek'.
Shortlist Booker Prize 2017
George Saunders (US /
laureaat): Lincoln in de Bardo
Paul Auster (US): 4321
Emily Fridlund (US): Een geschiedenis van wolven
Moshin Hamid (UK / Pakistan): Exit West
Ali Smith (UK): Autumn
Fiona Mozley (UK): Elmet
deze pagina printen of opslaan