Vertaald proza

Patrick MacGrath: Trauma

door Kris van Zeghbroeck

Costa Awards 2008: De revanche van Sebastian Barry



De Costa Awards ? de vroegere Whitbread Awards ? zijn intussen al drie jaar van bier op koffie overgeschakeld. Dat de shortlist van de categorie beste roman dit jaar opvallend blank, mannelijk en bejaard oogt, werd door sommigen verfrissend geacht in tijden dat de meeste literaire prijzen door kleurrijke, gehypte debutanten gedomineerd worden. Een voorbeeld daarvan is Aravind Adiga met White tiger (2008 ? vert. Witte tijger), de recentste laureaat van de Booker Prize, die Sebastian Barry onterecht overvleugelde. In die zin wint de optie om een aparte bekroning te voorzien voor beste roman en een voor beste debuut aan belang. Het mag dan ook symbolisch heten dat The secret scripture (2008 ? vert. De geheime schrift) van Sebastian Barry niet alleen verkozen werd tot beste roman, maar tevens boek van het jaar op de Costa Awards. Bovendien moet Adiga Barry laten voorgaan in alle Britse jaaroverzichten van beste verschenen boeken.

Andere categoriewinnaars van de Costa Awards zijn Sadie Jones (beste debuut voor The outcast (2007 ? vert Verstoten)), Diana Athill (beste biografie voor Somewhere toward the end (2008) en Adam Foulds (beste poëziebundel voor The broken word (2008). Ouderdomsdeken Diana Athill was de grote concurrent van Barry voor de Book of the Year Award. Haar bekroning voor beste biografie maakt deze 91-jarige icoon van de Engelstalige uitgeverswereld tot een van oudste laureaten van een belangrijke literaire prijs. Het magere maar beklijvende Somewhere towards the end brengt een 16-tal onderling gelinkte essayistische stukjes over uiteenlopende onderwerpen, die reflecties bevatten over de beslommeringen van het ouder worden. Het boek kadert binnen een reeks memoires, waarvan dit zesde deel tot een ware bestseller uitgroeide. Een onderwerp als de dood ga je anders bekijken als de uitlatingen komen uit de mond van een hoogbejaarde, lucide en spitsvondige vrouw. Het geeft je het gevoel dat ouder worden ? ondanks het feit dat je op je laatste benen loopt ? best een boeiende periode kan zijn, die zowel troost als frustraties met zich meebrengt. Prachtig beschreven in een uitgepuurd proza dat 50 jaar redacteurschap reflecteert voor sommige van de beste Engelstalige schrijvers.

Meer in de lijn van 'Oprah' en 'Richard & Judy' is Sadie Jones' debuut The outcast, waarmee ze balanceert tussen het literaire en het commerciële. 15 jaar lang was Jones met weinig succes actief als scriptschrijver. Tot een filmscript uitmondde in een debuutroman. Het commerciële succes van haar debuut en de nominatie voor de Orange Prize, maakten dat de filmindustrie interesse kreeg voor de verfilming, waarvoor zij het script zal leveren... Het plot draait rond de verstoten 19-jarige Lewis die eind jaren '50 terugkeert naar zijn geboortedorp in Surrey, na een gevangenisstraf omdat hij de plaatselijke kerk in brand stak. Als 10-jarige was hij getuige van zijn moeders verdrinkingsdood, wat de aanleiding werd voor een proces van vervreemding, alcoholisme en zelfverminking. Een aantal dramatische ontwikkelingen staan een romantisch einde niet in de weg.

Gelukkig is de shortlist van de categorie beste roman van een steviger literair kaliber. Naast laureaat Sebastian Barry, bestond die uit Louis de Bernières (The partizan's daughter (2008 ? vert. Een partizanendochter (De Leeswolf 2008, p. 258)), Chris Cleaves (The other hand (2008)) en Patrick McGraths (Trauma (2008)). Chris Cleave heeft er het handje van om de headlines van het nieuws in zijn romans te verweven, wat ervoor kan zorgen dat de fictie door het actuele nieuws overschaduwd wordt. Zo werd zijn debuutroman Incendiary (2005 ? vert. Beste Osama), over een terroristische aanslag in Londen, op 7 juli 2005 gelanceerd, net op de dag van de aanslagen in de Londense metro. Zijn nieuwe roman, The other hand, snijdt de vluchtelingenproblematiek aan in Nigeria en Groot-Brittannië. Protagonisten zijn het Ibo-meisje Little Bee en de O'Rourke-familie: de depressieve journalist Andrew, de overspelige vrouwenbladredacteur Sarah, en zoon en Batman-fanaat Charlie. Chronologisch verschuift de actie van het Nigeriaanse strand, waar Little Bee de O'Rourkes ontmoet na een gewelddadig incident, naar Engeland. Daar ontsnapt Little Bee na twee jaar uit een gesloten vluchtelingencentrum en zoekt contact met Andrew, om uiteindelijk bij de O'Rourkes in de buitenwijken te belanden. Intussen heeft Andrew zelfmoord gepleegd, wat maakt dat Sarah in het boek het westerse vertelstandpunt vertolkt van waaruit de gebeurtenissen verklaard worden. Via herinneringen komt een beeld van Afrika bovendrijven, maar door het contrast met Little Bee's flashback van de gebeurtenissen op het strand, rijst de vraag naar de authenticiteit van de ervaringen: gaat het om wat effectief gebeurd is in Afrika of om wat iemand uit een Londense buitenwijk denkt dat er gebeurd is?

Het oeuvre van Patrick McGrath is doordrongen van het donkere voorgeborchte van de geest. Daar heeft zijn jeugd in Broadmoor, een zwaar bewaakte instelling voor criminele geestesgestoorden waar zijn vader werkzaam was, vast iets mee te maken. In Trauma brengt hij het verhaal van Charlie Weir, een psychiater gespecialiseerd in het posttraumatisch stress syndroom. De relatie met zijn echtgenote loopt stuk omdat hij er niet in slaagt haar broer succesvol te behandelen. Later knoopt hij een affaire aan met een vrouw die eerder nood heeft aan therapie dan aan een geliefde. Beide verhaallijnen brengen echter een verdrongen trauma uit zijn verleden boven. In een als thriller vormgegeven plot verkent McGrath de spanningen en overeenkomsten tussen het werk van schrijvers en psychiaters. Beide exploreren het menselijk disfunctioneren, maar de verstikkende relatie met zijn moeder, een schrijfster, beïnvloedt het zelfbeeld van Weir: "Every psychiatrist is a writer manqué, exiled from the kingdom because he has to talk".

De laatste tijd lijkt de internationale perceptie van de Ierse literatuur weer in de lift te zetten. De concurrentie van vooral de Indo-Engelse literatuur blijft moordend, maar met de Booker Prize van John Banville voor The sea (2005 ? vert. De zee) en de Costa Book of the Year Award van Sebastian Barry lijkt er zich een nieuw Iers offensief in te zetten. Met De geheime schrift bewijst Sebastian Barry opnieuw dat de "ever-present ruins of history" zijn werkterrein zijn. Centraal staat de bijna 100-jarige Roseanne McNulty die haar hele volwassen leven al in een psychiatrische instelling zit. Naar aanleiding van de sluiting van de instelling worden de patiënten gescreend of ze elders zullen worden geïnterneerd of ontslagen. Dokter William Grene vermoedt dat Roseanne nooit in de instelling thuishoorde en tracht haar levensverhaal te achterhalen. Zoals in zijn theaterwerk legt Barry in zijn proza vergeten familieverhalen bloot, om aan de hand daarvan bepaalde aspecten van de Ierse geschiedenis te exploreren. "As our ancestors hide in our DNA, so do their stories." Voor Roseanna (en Barry) is de geschiedenis echter niet "de ordening van wat gebeurt, in volgorde en naar waarheid, maar een verzonnen ordening van vermoedens en gissingen die als een banier wordt opgehouden tegen de aanval van de verwelkende waarheid. De geschiedenis moet ontzaglijk inventief zijn wat betreft het menselijke leven, omdat het kale leven een beschuldiging is tegen de heerschappij van de mens over de aarde." Via de twee vervlochten en elkaar vaak tegensprekende verhaallijnen van Dokter Grene en Roseanne (zij schrijft haar leven neer op papier dat ze verbergt onder een losse vloerplank) exploreert Barry de onbetrouwbaarheid van zowel herinneringen als alles wat neergeschreven wordt. Daarmee stelt hij echter ook zijn eigen geschriften in vraag, die nochtans bedoeld zijn om via zijn personages de trauma's en de stiltes ? onttrokken aan de koude, onbetrouwbare hand van de geschiedenis ? een stem te geven. Wie op zoek is naar prachtig geschreven beeldrijk proza in de beste Ierse traditie, waarin Barry's kwaliteiten als dichter en dramaturg doorschemeren, is hier aan het goede adres.

Qua vertalingen scoren de Costa Awards tegenwoordig goed in de categorieën beste en debuutroman. Alle genomineerden van het voorbije jaar (op Chris Cleave na) zijn intussen vertaald. Behalve de hierboven vermelde vertalingen uit de categorie beste roman, gaat het om de genomineerde debuutromans van Poppy Adams: The behaviour of moths (2008 ?vert. Nachtvlinders), Jennie Rooney: Inside the whale (2008 ? vert. De laatste brief) en Tom Rob Smith: Child 44 (2008 ? vert. Kind 44 (De Leeswolf 2008, p. 266)). Op Kind 44 na, een sterke literaire thriller, gaat het hier om beduidend minder werk. De reputatie van de voormalige Whitbread Awards om een beeld te geven van wat in de (vooral) Britse en Ierse literatuur leeft aan nieuw literair talent, is bij de Costa Awards voor beste debuut duidelijk nog niet doorgedrongen.

Patrick MacGrath, Trauma, De Bezige Bij Amsterdam, 2008, 234 p., € 18,9. ISBN 9789023428978. Vert. van: Trauma door Verhagen, Piet

Oorspronkelijk verschenen in de Leeswolf 2008

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 3, MAART 2024

Binnen in de aarde is een berg

Hester Knibbe

De zomers

Ronya Othmann

Het mensenschip

Autran Dourado

Onze James. De vrouwen van Ensor

Jan Bultheel, Eric Min (nawoord)

Woestijnpassages

Emmelien Kramer

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 3, MAART 2024

Een toren van tijgers

Lizette de Koning, Gareth Lucas (ill.)

Eenbeen

Thijs Goverde

Roofvogels. De mooiste en machtigste dieren in de lucht

Walter De Raedt, Joris De Raedt (ill.)

Salto

Arndís Thórarinsdóttir, Linde Faas (ill.)

Springlevend

Saskia de Bodt

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri