Vertaald proza

Margaret Atwood: The tent

door Kris van Zeghbroeck

"Ik werk aan mijn eigen levensverhaal. Ik bedoel niet dat ik het reconstrueer, ik neem het uiteen." De bundeling The tent (vert. De tent) brengt een amalgaam van ongepolijst literair materiaal (fabels, mythen, nachtmerries, poëzie, lijntekeningen etc. -- de uitgever noemt het kleine fictie essays) waarin Atwood zowel de klassieke verhalen als haar eigen schrijverij met de botte bijl aan spaanders hakt. Ze worstelt met de stemmen in haar hoofd, zit geketend in een gevangenis van woorden en verstikt haast in taal die puin wordt in haar strot. Je wordt meegetroond in de vaak duistere zalen van Atwoods verbeelding. Het martelende creatieve proces wordt tot de laatste moer en bout ontmanteld. Duizelend van spraakverlies lijkt Atwood na meer dan dertig boeken te twijfelen aan de toekomst van haar schrijverschap. Het einde, de ouderdom en de dood drukken een stevige stempel op deze bundel. Toch blijft er hoop, als uit de bevroren grond nieuwe planten het licht zien. Waar de hardcore fan zich nog zal wentelen in het vaak spitse taalgebruik van de meester, zullen velen wantrouwig staan t.o.v. deze soms snel bij elkaar gekrabbelde beschouwingen. Niet meteen aan te raden als inleiding op het oeuvre van O.W. Toad. (Atwoods eigen anagram). De aantrekkelijke cover van het ingebonden origineel zal menig lezer in verleiding brengen, maar de inhoud zal weinig prins(ess)en lokken om deze pad in de korf te kussen.

Margaret Atwood, The tent, Bloomsbury London, 2006, 155 p., ill. € 18,4. ISBN 0747582254

Oorspronkelijk verschenen in de Leeswolf 2006

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri