Nederlands proza

Pol Hoste: Een dag in maart

door Erik de Smedt

De Situationisten hielden ervan doelloos door een stad te zwerven, met open blik voor al het verrassende dat ze onderweg tegenkwamen, kritisch tegenover recuperatie door om het even welk systeem. Pol Hoste schrijft zoals zij leefden. In het Canadese Montréal, waar dit derde aantekenboek na De lucht naar Mirabel (2000) en Montréal (2003) aan gewijd is, verblijft hij drie maanden in een verstikkend schrijversflatje, volgestouwd met huishoudapparaten. Maar hij laat zich niet kisten, loopt met vage plannen rond om de stad in haar gelaagdheid te onderzoeken -- niet wetenschappelijk maar subjectief. Hij praat met academici en ambtenaren, gelukzoekers en underdogs, dichters, voormalige revolutionairen en politieke vluchtelingen. Hij zoekt naar de uitgewiste sporen van het Amerindische verleden, leest in oude geschiedenisboeken en leert van het menselijke gedrag op straat, in kroegen, banken, wassalons en winkelcentra. Van de hak op de tak vertellend identificeert hij zich met diverse personages, herinnert zich scènes uit zijn Oost-Vlaamse jeugd, confronteert zijn ervaringen op reis met zijn leven als schrijver in België. Montréal is een smeltkroes, waar men prat gaat op efficiënte tijdsindeling, economisch denken, geavanceerde technologie. Daar heeft Hostes alter ego Passant een broertje aan dood. Het geeft aanleiding tot hilarische dialogen, bv. wanneer hij uit probeert te vissen hoe hij met zijn mobiele telefoon naar België kan telefoneren. Aan de gesprekken in het boek is trouwens het meeste plezier te beleven, omdat Hoste geen enkele moeite doet om ze logischer of gestroomlijnder te maken dan ze in werkelijkheid zijn. Mensen praten langs elkaar heen, bevestigen de ander om de communicatie in gang te houden maar bevinden zich mentaal op andere planeten.

Iets minder dan de vorige carnets is dit een meertalig boek, al is het inhoudelijk zo mogelijk nog heterogener. De associatieve geest van de verteller waait overal heen, bliksemsnel reizend door ruimte en tijd, een ogenschijnlijk gebrek aan concentratievermogen omzettend in kritische ontmaskering. "Wat de dingen in wezen zijn, kan me niet zoveel schelen. Ik ben iemand die een beetje buiten zichzelf staat en zin geeft aan het leven en aan wat er gebeurt door zijn relatie met de wereld te onderzoeken. Meer is er voor mij niet. Ben ik daarom een slecht mens?" Vrolijke wetenschap lijkt het, op de puinhoop van een versplinterde maar naar buiten toe geglobaliseerde wereld. Onderhuids, niet opgegeven, het verlangen naar een rechtvaardiger samenleving in het besef dat ideologie geen redding (meer) kan brengen. "Ik ben in Montréal op zoek naar ik weet niet wat." Een antwoord vindt hij niet, laat staan een oplossing. Maar intussen is er verbazingwekkend veel wereld naar binnen gekomen, fris en scherp geformuleerd, zonder dat er ook maar iets wordt gefixeerd. "-- Moeten we niet voort, kameraad? / -- We moeten voort. En avant marche!"

Pol Hoste, Een dag in maart, Prometheus Amsterdam, 2006, 303 p., € 18,95. ISBN 9044608029

Oorspronkelijk verschenen in de Leeswolf 2006

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 3, MAART 2024

Binnen in de aarde is een berg

Hester Knibbe

De zomers

Ronya Othmann

Het mensenschip

Autran Dourado

Onze James. De vrouwen van Ensor

Jan Bultheel, Eric Min (nawoord)

Woestijnpassages

Emmelien Kramer

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 3, MAART 2024

Een toren van tijgers

Lizette de Koning, Gareth Lucas (ill.)

Eenbeen

Thijs Goverde

Roofvogels. De mooiste en machtigste dieren in de lucht

Walter De Raedt, Joris De Raedt (ill.)

Salto

Arndís Thórarinsdóttir, Linde Faas (ill.)

Springlevend

Saskia de Bodt

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri