Nederlands proza

Thomas Rosenboom: Aanvallend spel

door Erik de Smedt

In het najaar van 2001 was Thomas Rosenboom als gastschrijver verbonden aan de Groningse universiteit. Hij hield in dat kader vier lezingen over het schrijven. Aan de hand van romans uit de wereldliteratuur, vooral Flauberts Madame Bovary, belicht hij eerst het belang van documentatie voor de schrijver, dat nauwelijks overschat kan worden. Met verwijzing naar zijn eigen roman Gewassen vlees maakt hij duidelijk welke rol toevallige vondsten in een encyclopedie of antiquarisch boek voor een boek kunnen spelen. De tweede lezing gaat over het literaire personage. Om goed te zijn, moet het iets nastreven, niet noodzakelijk iets moreel hoogstaands, wel iets enkelvoudigs. Streven veronderstelt een tegenkracht, strijd en dus spanning. Bovendien bevordert het de identificatie met de hoofdpersoon. Toch moet volgens de auteur de klassieke verhaalliteratuur het vooral hebben van de intrige, het grondpatroon van verwikkelingen. Bij een literair verhaal zijn niet de eerste twee fasen (het probleem en het oplossen ervan) belangrijk, maar wel de derde, waarin de hoofdpersoon zijn eigen doel voorbijschiet, de controle verliest en uiteindelijk in zijn eigen mes loopt. De auteur pleit voor een kunstzinnig uitgewerkte, doordachte intrige, die het grillige realisme en een te grote aandacht voor de stijl achter zich laat.

De meest persoonlijke lezing gaat over het genot van het lezen. Hier schetst Rosenboom zijn leesautobiografie: van strips via avonturenromans over de ontdekking van de stijl bij Klabund en van boeken die naar de wereld wijzen tot de openbaring van de met zichzelf worstelende held bij Dostojevski en W.F. Hermans. Tussendoor belicht de schrijver ook wat hij van een goed boek verwacht: "In de boeken waar ik van hou brandt eerder het vervormende schemerlicht van de subjectiviteit dan het tl-licht van de waarheid". Het gedachtegoed van de schrijver moet de vorm aannemen van de gehele roman, blijken uit de intrige, de aanwezige contrasttechniek, overdrijving en symmetrie. Rosenboom zet zo onrechtstreeks zijn eigen poëtica uiteen, met een voorkeur voor de binnen een strak kader bevochten vrijheid, niet voor de creatieve willekeur. Hier en daar vertoont zijn denken over literatuur merkwaardige blinde vlekken. Voor de modernistische bewustzijnsroman bv. heeft hij geen goed woord over, in de heldin uit Lars von Triers film 'Breaking the waves' ziet hij alleen maar een passieve hoofdpersoon zonder eigen doel of streven. Wie beseft dat hier geen objectieve waarnemer, maar een betrokken medespeler aan het woord is, krijgt een boeiende inleiding in enkele belangrijke aspecten van het (roman)schrijven, doordacht als een goede partij schaak, overigens een van Rosenbooms lievelingsvergelijkingen.

Thomas Rosenboom, Aanvallend spel, Querido Amsterdam, 2002, 81 p., € 8,9. ISBN 902147980X

Oorspronkelijk verschenen in de Leeswolf 2002

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri