Vertaald proza

Erika Mann, Irmela Von der Lühe (sam.): Mijn vader, de tovenaar

door Erik de Smedt

Toen bij de Manns het eerste kind werd geboren, was vader Thomas ontgoocheld dat het een meisje was. Erika (1905-1969) zou niet alleen zijn lievelingsdochter worden, maar ook zijn literaire en politieke raadgeefster. In het kielzog van Thomas Manns dagboeken, die in diverse delen in vertaling zijn gepubliceerd, brengt de reeks 'Privé-domein' herinneringen van Erika en brieven aan en van de ouders. De schrijfster, die zelf in de toneel- en cabaretwereld actief was, was een bevoorrechte getuige van het reilen en zeilen bij de op representatie gestelde schrijver. Met haar spontane -- soms voortvarende en lastige -- karakter kon ze haar vaders lichte, grappige kant naar boven halen, waardoor zijn brieven een stuk minder plechtig en vormelijk worden dan we van hem gewend zijn. Erika schrijft levendig, parodieert soms zelfs vaders hoogdravendheid of zet de spelling naar haar hand. De vertaler is erin geslaagd die springerige spontaneïteit in het Nederlands te bewaren.

Veel van de brieven gaan over details, die zelfs met de aantekeningen niet altijd goed te volgen zijn. Op twee belangrijke thema's werpen ze een helder licht: Thomas Manns geschipper tijdens de emigratie (waar de resolute Erika moeite mee had) en het belang van het werk als zijn enige 'concrete hoop'. Thomas Mann kon maar genieten van het leven wanneer er schrijfprestaties aan vooraf waren gegaan. Erika was ook degene die Thomas Manns manuscripten kritisch las, becommentarieerde én erin mocht schrappen. De beroemde redevoering over Schiller heeft ze zo tot een vijfde van de oorspronkelijke lengte teruggebracht. Merkwaardig is hoe sterk Thomas Mann op haar oordeel vertrouwde en begrip had voor haar streven naar begrijpelijkheid. De brievenuitgave wordt voorafgegaan door een uitgebreid en erg boeiend radiogesprek over 'Mijn vader Thomas Mann' uit 1968, waarin Erika herinneringen aan 'de tovenaar' en haar vroegste jeugd ophaalt. Het geschrift 'Het laatste jaar van mijn vader' (1955), waarmee de bundel besluit, is daarentegen wat te plechtig en hagiografisch om te kunnen overtuigen. Het nawoord wijst er terecht op dat veel van de guitigheid van de schrijfster bevochten is op persoonlijke ellende. Die kant komt in de brieven nauwelijks ter sprake. Het boek geeft echter wel een levendig beeld van zowel de schrijver en de mens Thomas Mann als van een bewogen periode in de Duitse geschiedenis (de emigratie naar Amerika!) en getuigt van een bijzondere vader-dochterrelatie.

Erika Mann, Irmela Von der Lühe (sam.), Mijn vader, de tovenaar, De Arbeiderspers Amsterdam, 2001, 34716 p., € 27,95. ISBN 902953088X. Vert. van: Mein Vater, der Zauberer door Beers, Paul

Oorspronkelijk verschenen in de Leeswolf 2001

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 3, MAART 2024

Binnen in de aarde is een berg

Hester Knibbe

De zomers

Ronya Othmann

Het mensenschip

Autran Dourado

Onze James. De vrouwen van Ensor

Jan Bultheel, Eric Min (nawoord)

Woestijnpassages

Emmelien Kramer

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 3, MAART 2024

Een toren van tijgers

Lizette de Koning, Gareth Lucas (ill.)

Eenbeen

Thijs Goverde

Roofvogels. De mooiste en machtigste dieren in de lucht

Walter De Raedt, Joris De Raedt (ill.)

Salto

Arndís Thórarinsdóttir, Linde Faas (ill.)

Springlevend

Saskia de Bodt

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri