Poëzie

Marleen De Crée: Fluisterlicht

door Dirk De Geest

In haar jongste bundel is Marleen de Crée wat ingetogener dan in haar laatste bundels, ook al is er geen sprake van een lieftallige intimistische toon: daarvoor vindt de dichteres het te belangrijk om in haar verzen ook dissonanten en niet-afgeronde hoeken een plaats te geven. In Fluisterlicht vormt de ruimte een belangrijk thema. Niet toevallig is de bundel geïllustreerd met enkele foto’s van ramen: daarbij is zowel de buitenkant te zien (weliswaar niet rechtstreeks, maar duidelijk omkaderd en selectief) als de binnenkant van het huis (via de vensterbank). Dat is geen toeval, aangezien veel gedichten net spelen met die grens tussen binnen- en buitenruimte en tussen objectieve realiteit en subjectieve waarneming. In de openingsreeks staat vooral het ouderlijke huis in het Limburgse Bree centraal. Het lege huis laat zijn invloed gelden op alle zintuigen: het verleden herleeft letterlijk, via de vele (verdwenen maar daardoor nog intenser gehoorde) stemmen.
Meteen ontstaat zo ook het beeld van het leven als een doorgangsruimte, een visie die ook de andere afdelingen van de bundel lijkt te beheersen. In veel gedichten spelen tijd en ruimte een soort van symbolische rol, iets dat ook in de vroegere bundels van De Crée al vaak voorkwam. Op die manier wordt het niveau van de anekdote getransformeerd tot een soort van archetypische situatie. Hier treden drie personages op: een jij, een ik (die beiden bekend zijn uit dit oeuvre als de geliefden) en een naamloos hij (die de allures heeft van een vaderfiguur). Alle personages zijn echter ontdaan van al te specifieke eigenschappen, en bij momenten lijken ze allemaal geesten die opgeroepen worden maar niet werkelijk bestaan. Op die manier kunnen ze in het vers ook uitvergroot worden, wat bijdraagt tot de intensiteit van de opgeroepen sfeer. De vertrouwdheid slaat bijvoorbeeld vaak om in een gevoel van vervreemding. De aanwezigheid van de dwingende hij-figuur legt vaak het ik lichamelijk het zwijgen op; tegelijk vormt hij evenwel ook de aanleiding tot het schrijven zelf. Stilistisch uit zich die dubbelzinnigheid evenzeer: deze gedichten lopen goed (haast melodieus), maar op bepaalde momenten wordt die vanzelfsprekendheid als het ware onderbroken door horten, herhalingen, pauzes. In die spanning toont De Crée zich meesterlijk van haar beste kant: de verleidster door het woord, maar tegelijk iemand die de lezer bruusk lijkt buiten te sluiten (zoals dat ook het dichterlijke ik in feite overkomt). Fluisterlicht is een ode aan het gemis, aan de confrontatie en de liefde, maar het is tegelijk ook een bundel waarin de barsten zichtbaar worden, waarin het innerlijke zich veruitwendigt maar daardoor ook de slijtage zich onmiskenbaar manifesteert. Onweerstaanbaar maar ondoorgrondelijk.


Marleen De Crée, Fluisterlicht, P Leuven, 2014, 45 p., ill. € 16. ISBN 9789491455414. Distributie: Uitgeverij P

Oorspronkelijk verschenen in de Leeswolf 2014

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 3, MAART 2024

Binnen in de aarde is een berg

Hester Knibbe

De zomers

Ronya Othmann

Het mensenschip

Autran Dourado

Onze James. De vrouwen van Ensor

Jan Bultheel, Eric Min (nawoord)

Woestijnpassages

Emmelien Kramer

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 3, MAART 2024

Een toren van tijgers

Lizette de Koning, Gareth Lucas (ill.)

Eenbeen

Thijs Goverde

Roofvogels. De mooiste en machtigste dieren in de lucht

Walter De Raedt, Joris De Raedt (ill.)

Salto

Arndís Thórarinsdóttir, Linde Faas (ill.)

Springlevend

Saskia de Bodt

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri