Ik herinner me die momenten waarop mijn moeder pendelde
tussen de zetel in de verduisterde woonkamer en de wc-pot, waar ze gal spuwend
boven hing. Migraine. Elke maand opnieuw. Alles geprobeerd om de
onbeschrijfelijke pijn te verdrijven: een dieet, een soort haarband die
verkoeling bracht – toen we ‘m openmaakten, bleek er gewoon een stuk staal in
het textiel te zitten –, pilletjes. Niets hielp, ze kon zo’n aanval enkel
uitzitten.
Dat
is ook hoe Emma Laura Schouten in haar debuut Nachtschade (naar de
plantensoort die je zou moeten vermijden als je aan migraine lijdt) de
symptomen van de aandoening beschrijft. Bij haar begon het toen ze voor het
eerst haar regels kreeg en maandelijks zijn er dagen die beheerst worden door
schele hoofdpijn. Dat werkt verlammend. Letterlijk, want dan kan ze niet anders
dan in een donkere kamer liggen, maar ook figuurlijk: migraine perkt haar
mogelijkheden in. Als ze het heeft, kan ze bijvoorbeeld niet werken.
Omdat er al veel
gezegd is over migraine, maar nog nooit adequaat beschreven is hoe het voelt of
wat het met je doet, gaat Schouten in Nachtschade de uitdaging aan om
woorden te vinden die invoelbaar maken wat iemand met migraine meemaakt. We
krijgen niet alleen scènes uit het bestaan met koppijn, maar ook pogingen om de
met niets te vergelijken pijn te vatten. Om beter greep te krijgen op het
fenomeen, personifieert Schouten de migraine. Ze gaat de strijd aan met
Antaura, de migrainedemon uit de Griekse oudheid. En ze op zoek naar beroemde
lotgenotes om te leren van hun ervaringen: onder anderen Hildegard von Bingen,
Jane Austen, George Eliot, Viriginia Woolf, Sylvia Plath en Susan Sontag
kampten met migraine.
Wanneer ze het werk van de zeventiende-eeuwse filosofe Anne
Finch Conway ontdekt, die ook leed aan migraineaanvallen, raakt ze in de ban
van het werk én de figuur. Ze reist naar Londen om haar brieven, hoewel die
zijn uitgegeven, met eigen ogen te aanschouwen, en bezoekt haar graf. Deze
vroege antidualist biedt een wijsgerige blik op migraine, een aandoening die
zorgt voor een scheiding tussen lichaam en hoofd.
Nachtschade past in de
trend van autobiografische boeken over het (vrouwelijke) lichaam waarvan
Melanie Reumers’ essaybundel De wereld een lichaam (Van Oorschot 2025) en
Autobiografie
van mijn lichaam van Lize Spit recente voorbeelden zijn. Schouten
focust daarbij op een redelijk onontgonnen onderwerp (ik ken enkel Flankhond
van Bas Kwakman (De Arbeiderspers 2021) over dit thema) en slaagt erin om met
metaforen het fenomeen migraine fijnzinniger te beschrijven dan tot nu toe
gebeurde (want wat zeggen ‘barstende hoofdpijn’ of ‘schele koppijn’
eigenlijk?). Dat het verslag zo uitgesponnen is en bestaat uit verschillende
tekstsoorten (verhalende passages, filosofische notities, een reisdagboek,
experimenten met fragmenten van werk van lotgenotes), maakt het boek tot taaie
lectuur. Niettemin zij Schouten geprezen om het feit dat op die manier het
persoonlijke verhaal overstijgt en van Nachtschade literatuur maakt in
plaats van het zoveelste egodocument.
Emma Laura Schouten: Nachtschade, Van Oorschot, Amsterdam
2025, 280 p. ISBN 9789028243026. Distributie New Book Collective
deze pagina printen of opslaan