Nederlands proza

BOEKEN NR. 4, APRIL 2025

Emma Laura Schouten: Nachtschade

door Carl De Strycker

Ik herinner me die momenten waarop mijn moeder pendelde tussen de zetel in de verduisterde woonkamer en de wc-pot, waar ze gal spuwend boven hing. Migraine. Elke maand opnieuw. Alles geprobeerd om de onbeschrijfelijke pijn te verdrijven: een dieet, een soort haarband die verkoeling bracht – toen we ‘m openmaakten, bleek er gewoon een stuk staal in het textiel te zitten –, pilletjes. Niets hielp, ze kon zo’n aanval enkel uitzitten.
 
Dat is ook hoe Emma Laura Schouten in haar debuut Nachtschade (naar de plantensoort die je zou moeten vermijden als je aan migraine lijdt) de symptomen van de aandoening beschrijft. Bij haar begon het toen ze voor het eerst haar regels kreeg en maandelijks zijn er dagen die beheerst worden door schele hoofdpijn. Dat werkt verlammend. Letterlijk, want dan kan ze niet anders dan in een donkere kamer liggen, maar ook figuurlijk: migraine perkt haar mogelijkheden in. Als ze het heeft, kan ze bijvoorbeeld niet werken.
 
Omdat er al veel gezegd is over migraine, maar nog nooit adequaat beschreven is hoe het voelt of wat het met je doet, gaat Schouten in Nachtschade de uitdaging aan om woorden te vinden die invoelbaar maken wat iemand met migraine meemaakt. We krijgen niet alleen scènes uit het bestaan met koppijn, maar ook pogingen om de met niets te vergelijken pijn te vatten. Om beter greep te krijgen op het fenomeen, personifieert Schouten de migraine. Ze gaat de strijd aan met Antaura, de migrainedemon uit de Griekse oudheid. En ze op zoek naar beroemde lotgenotes om te leren van hun ervaringen: onder anderen Hildegard von Bingen, Jane Austen, George Eliot, Viriginia Woolf, Sylvia Plath en Susan Sontag kampten met migraine.
 
Wanneer ze het werk van de zeventiende-eeuwse filosofe Anne Finch Conway ontdekt, die ook leed aan migraineaanvallen, raakt ze in de ban van het werk én de figuur. Ze reist naar Londen om haar brieven, hoewel die zijn uitgegeven, met eigen ogen te aanschouwen, en bezoekt haar graf. Deze vroege antidualist biedt een wijsgerige blik op migraine, een aandoening die zorgt voor een scheiding tussen lichaam en hoofd.
 
Nachtschade past in de trend van autobiografische boeken over het (vrouwelijke) lichaam waarvan Melanie Reumers’ essaybundel De wereld een lichaam (Van Oorschot 2025) en Autobiografie van mijn lichaam van Lize Spit recente voorbeelden zijn. Schouten focust daarbij op een redelijk onontgonnen onderwerp (ik ken enkel Flankhond van Bas Kwakman (De Arbeiderspers 2021) over dit thema) en slaagt erin om met metaforen het fenomeen migraine fijnzinniger te beschrijven dan tot nu toe gebeurde (want wat zeggen ‘barstende hoofdpijn’ of ‘schele koppijn’ eigenlijk?). Dat het verslag zo uitgesponnen is en bestaat uit verschillende tekstsoorten (verhalende passages, filosofische notities, een reisdagboek, experimenten met fragmenten van werk van lotgenotes), maakt het boek tot taaie lectuur. Niettemin zij Schouten geprezen om het feit dat op die manier het persoonlijke verhaal overstijgt en van Nachtschade literatuur maakt in plaats van het zoveelste egodocument.  
 
Emma Laura Schouten: Nachtschade, Van Oorschot, Amsterdam 2025, 280 p. ISBN 9789028243026. Distributie New Book Collective

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri