Nederlands proza

BOEKEN NR. 4, APRIL 2025

Chris de Stoop: De Damiaanhoeve

door Jooris van Hulle

In december 1993 leerde Chris de Stoop de familie Bohnen kennen tijdens een reportage over de toenmalige overstroming. Niets liet vermoeden dat hij ooit, meer precies in 2021, naar de Damiaanhoeve, daar in het Maasbekken waar Nederland op zijn smalst is en België op zijn breedst, zou terugkeren, dit keer om er samen met eigenaar Bert Bohnen ‘van gedachten te wisselen’ over wat de man ‘een echt horrorverhaal’ noemt. Op 28 augustus 2018 trof Bert bij thuiskomst zijn vrouw Gertie stervend aan op de parketvloer van hun woning, waar brand was gesticht. Voor de man begint een lijdensweg die tot op heden zijn leven en dat van de kinderen bepaalt. Nog altijd is gewezen Boerenbond-werknemer Bert Bohnen niet vrijgepleit. Een gesprek met de weduwnaar is zelfs nog altijd verboden, ‘omdat hij juridisch gezien nog altijd verdachte is.’
 
Over het hele relaas van feiten, over de onderzoeksdaden die werden gesteld en wijzen op een tunnelvisie – alles werd geïnterpreteerd vanuit de vooropgestelde overtuiging dat het hier ging om een daad van femicide –, over de tijd die Bert in de gevangenis zat, over zijn vaste overtuiging dat ooit nog de ware aard van de feiten rond ‘de hoevemoord’ zoals die gemeenzaam worden aangeduid, aan het licht zal komen, hangt voor de schrijver-onderzoeksjournalist die Chris de Stoop altijd ergens is gebleven, een waas van onzekerheid. In de proloog al wijst de auteur erop dat ‘dit het meest frustrerende verhaal wordt waar ik ooit aan ben begonnen’, zeker omdat hij beseft dat hij hoe dan ook niet kan bijdragen tot wat op een oplossing zou kunnen lijken. En verder noteert hij: ‘Terwijl hij vertelt voel ik aan de ene kant de opwinding en de passie van zijn verhaal zich in mij nestelen en aan de andere kant de onzekerheid en vertwijfeling bezit van mij nemen. Maar ondanks de tweestrijd kan ik niet anders, zal ik de sprong in het diepe wagen.’
 
Hoe dan ook, lacunes in het onderzoek zijn zo aan te wijzen: wat met de SUV die even voor de brand (en de moord op Gertie) werd opgemerkt, maart nooit werd geïdentificeerd, zodat losweg werd besloten dat die niets met de zaak te maken had? Wat met de belangen voor de multinationals die op het spel stonden en staan bij de grindwinning in de Maas? Economische troeven dus, die met een schaamlapje van ‘natuurherstel’ moesten worden bedekt? De Stoop formuleert de vragen, zeker vanuit zijn persoonlijke overtuiging dat Bert zijn vrouw niet heeft omgebracht. Wat zijn Damiaanhoeve-project hem uiteindelijk heeft bijgebracht, wordt aan het slot van de roman in de vorm van een conclusie aan de lezer aangereikt: ‘Wie niet openstaat voor tegenspraak of andere visies, belandt in de dode hoek van het eigen gelijk. Tunnelvisie ligt altijd op de loer.’ En wat hij als schrijver kon en wilde doen: ‘Daar ging het mij ook om, om de pijn van het niet-weten. En het vastleggen in woorden.’
 
De Damiaanhoeve verstrengelt de drijfveren die Chris de Stoop blijvend naar de pen doen grijpen: de manier waarop waardevolle stukken natuur moeten wijken voor het grove geldgewin, en de manier waarop mensen als eenling de strijd aangaan tegen onrecht, ook al worden ze door ‘het systeem’ uitgespuwd. Bert Bohnen van de Damiaanhoeve is zo’n keikop, want zo zegt hij het zelf, ‘Er is hier een uitdrukking: hoe dichter bij de Maas, hoe harder de kei.’
 
Chris de Stoop: De Damiaanhoeve, De Bezige Bij, Amsterdam 2025, 239 p. ISBN 9789403136059. Distributie Standaard Uitgeverij

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri