Anneke
Brassinga bundelde een aantal van haar recente teksten over literatuur in Crudités. Het boek is opgevat als een
soort van menu, met als tussendoortjes telkens een reeks gedichten. De hier
opgediende ‘rauwkost’ is niet alleen delicieus, de essays zetten de lezer ook
telkens aan tot nadenken en tot een geduldige vertering van wat gekauwd is.
Brassinga is immers op haar best wanneer zij geen systematisch betoog opzet
maar associatief gedachten combineert, haar eigen lectuur van geliefde teksten
laat overgaan in beschouwingen over de aard en de functie van literatuur. Die
mengvorm van persoonlijke ervaringen en meer theoretische analyses draagt bij
de leesbaarheid maar ook tot de diepgang van deze teksten. Dat Brassinga haar
sporen heeft verdiend als dichter en vertaler vormt duidelijk een meerwaarde,
want die enorme ervaring met eigen teksten en teksten van anderen heeft haar
inzichten verrijkt en gestoffeerd.
Aan het eind van het boek is een tekst opgenomen ‘Over
wijsheid van ouderdom’, een verzameling van twintig fragmenten waarin Brassinga
terugblikt op haar eigen levensgeschiedenis en haar lange omgang met literaire
teksten uit binnen- en buitenland. Ze vraagt zich af wat mensen ‘leren’ en hoe
het ouder worden leidt tot andere ervaringen en nieuwe vormen van leren (en
onvermijdelijk ook vergeten). Ze analyseert het verglijden van de tijd in
relatie tot de eeuwigheid. Het is een levensmotto, maar het is ook het
programma van Brassinga als literair auteur. Als dichter en als vertaler
schrijft zij teksten die ze vervolgens overschrijft tot de finale tekst rest,
die gezien kan worden als een palimpsest van eerdere versies. De literaire
tekst is daardoor in zekere zin gestolde geschiedenis, een getuigenis die
losstaat van de oorspronkelijke schrijver maar die tegelijk aan het woord laat.
Brassinga schrijft over
literatuur van allerlei periodes, uit diverse taalgebieden en van een erg
uiteenlopende aard, maar de rode draad in haar recensies en beschouwingen is
toch het geloof in de autonomie van het literaire kunstwerk. In literatuur komt
taal los van haar dagelijkse , utilitaire gebruik en net daardoor ontstaat de
mogelijkheid om iets ‘absoluuts’ en ‘onzegbaars’ te bereiken (of op zijn minst
te suggereren). In haar bundel verwijst zij niet toevallig naar de droom van
Mallarmé, maar evenzeer brengt zij het schrijven van literatuur in verband met
het baren van een nakomeling of de kristalvorming bij mineralen. Het gaat, met
andere woorden, om een complexe reeks handelingen die zowel mentaal en abstract
als lichamelijk en uiterst concreet zijn. Die dubbele dimensie vindt de auteur
ook terug in het wezen van de taal zelf, die taalvormen (klanken en
schriftbeelden) koppelt aan betekenissen. Brassinga gebruikt in dat verband een
groot aantal beelden, bijvoorbeeld door een herinnering op te roepen aan het
spel met zand aan de kust.
Dat materiële karakter van de taal komt vooral tot uiting
in literatuur en poëzie, en het is niet toevallig de vertaler die daarmee
intens wordt geconfronteerd. Brassinga laat zien hoe literair vertalen
misschien wel vertrekt van een poging om betekenissen om te zetten, maar in
feite een dialoog wordt met letters, klanken en ritme: in die zin is elke
vertaling ook een her-creëren. Om dat tastbaar te maken laat Brassinga haar
essays over onder meer Beckett en Mallarmé vergezeld gaan van vertaalde
fragmenten: op die manier komt de auteur zelf rechtstreeks aan het woord, in
het hem of haar zo eigen idioom. Crudités
bevat stuk voor stuk meeslepende essays, geschreven in een rijk en klankrijk
Nederlands, suggestief en inspirerend. Datzelfde geldt ook voor de gedichten
die Brassinga tussen die beschouwingen heeft gevlochten als tussengerechten.
Dit is
inderdaad een boek met tussendoortjes, een bonte verzameling van teksten die
doorgaans occasioneel ontstonden en de sporen van die oorspronkelijke
gelegenheid in zich dragen. Dit boek is niet systematisch, bevat heel wat
herhalingen en ogenschijnlijke tegenstellingen, is een allegaartje met
gedichten, vertalingen, essays en persoonlijke beschouwingen: het is echter
bovenal een staalkaart van een uniek en veelzijdig auteur. Zou de Grote Prijs
der Nederlandse Letteren misstaan met de naam van Brassinga als laureaat? Ik
denk het niet.
Anneke Brassinga: Crudités, De Bezige Bij, Amsterdam
2024, 347 p. ISBN 9789403130262. Distributie Standaard
Uitgeverij
deze pagina printen of opslaan