Over jeugdliteratuur

JEUGDBOEKEN NR. 7, MEI 2016

Joke Linders e.a. : Het ABC van Annie MG

door Jan van Coillie

Het ABC van Annie MG, de titel is typerend voor de reputatie van de ‘echte koningin van Nederland’. Haar voornaam en initialen volstaan, iedereen weet meteen over wie het boek gaat. ‘Het werk van de schrijfster is twintig jaar na haar dood nog steeds springlevend’, schrijft Marcel Raadgreep in zijn nawoord.  Bijna al Schmidts boeken zijn inderdaad nog in druk en haar werk wordt verfilmd en nog steeds opgevoerd in theaters. Om over Jip en Janneke in de Hema nog maar te zwijgen. De herdrukken, de adaptaties en de merchandising, ze kenmerken stuk voor stuk een gecanoniseerd auteur.

‘Nóg een boek over Annie M.G. Schmidt’, zo luidt de titel van Joke Linders voorwoord. Linders zelf promoveerde in 1999 met een proefschrift over het schrijverschap van de auteur (Doe nooit wat je moeder zegt). Drie jaar later verscheen de biografie van Annejet van der Zijl, Anna, het leven van Annie M. G. Schmidt (2002) en weer zeven jaar later de gedetailleerde bibliografie van Marcel Raadgreep, Ik krijg zo’n drang van binnen (2009). Behalve deze drie standaardwerken vermeldt de literatuurlijst nog een vijftal andere. Het nieuwe boek van Linders onderscheidt zich hiervan zowel door de prachtige vormgeving als door de grote verscheidenheid aan invalshoeken en de toegankelijkheid.

‘Op een speelse wijze voert een team van Schmidt-liefhebbers de lezer door haar werk, en daarmee door de tweede helft van de twintigste eeuw.’ Het eerste deel van deze zin uit het voorwoord is helemaal waar, het tweede gedeeltelijk. De toon van de teksten is speels en lichtvoetig als het werk van Schmidt zelf. Dat maakt de dikke bundel niet alleen vlot leesbaar, maar ook prettig om te lezen. In alle stukken merk je ook een grote bewondering voor Annie MG en haar werk, al vallen er sporadisch ook kritische noten. Zo merkt Thomas de Veen terecht op dat de combinatie van sprookje en parabel op de actualiteit niet altijd even geslaagd was en Henk van Gelder is al even terecht kritisch over Schmidts laatste musicals. Deze kleine kanttekeningen maken de lof die overduidelijke primeert overtuigender. Er is aandacht voor Schmidts kindergedichten en -verhalen, voor haar musicals, radio- en televisieseries, haar columns en vertalingen (Gouden Boekjes), maar ook voor de verfilmingen van haar werk, haar afkomst en haar gezin, haar carrière, haar vriendenkring en de impact die ze had op de Nederlandse taal. Door de aandacht voor haar werk in de bibliotheek, voor de krant  en voor radio en televisie krijgt de lezer inderdaad een beeld van het Naoorlogse Nederland, al blijft dat wel beperkt. De korte artikelen laten weinig ruimte om dieper op de context in te gaan en zeker voor de internationale context is er vrijwel geen plaats.

Hoewel het beeld beperkt blijft tot Nederland, biedt het boek een bijzonder rijk en gevarieerd geheel. Dat komt mede doordat de bijdragen door dertien verschillende auteurs geschreven zijn. Velen van hen hebben Schmidt persoonlijk gekend, waardoor de artikelen vol interessante weetjes en anekdotes staan. Ook de fragmenten uit brieven van Schmidt verlevendigen het geheel. Soms richt een medewerker zich tot de auteur zelf en ook dat zorgt voor afwisseling. Een klein nadeel van het grote aantal medewerkers is dat de artikels soms in herhaling vallen, zo lees je meermaals hoe Schmidt zich van schuchtere, saaie juffrouw ontpopte tot een rebelse, kritische vrouw toen ze in 1946 naar Amsterdam trok om er bij Het Parool te werken. Daar staat tegenover dat de lezer ook als kijker verwend wordt: de bundel is rijkelijk geïllustreerd met talrijke foto’s van Schmidt uit alle periodes uit haar leven, van omslagen van haar boeken, illustraties uit die boeken, beelden uit films van haar boeken, uit opvoeringen van haar musicals enzovoort.

De artikelen typeren de auteur en haar werk langs de letters van het alfabet, van de A van Abeltje tot de Z van Ziezo. Enkele voorbeelden mogen de verscheidenheid illustreren. In ‘De A van Abeltje’ besteedt Wilfred Takken niet alleen aandacht aan het boek, maar ook en vooral aan de verfilming van Burny Bos en de tijdsgeest waarin die tot stand kwam. Henk van Gelder ontmaskert de ‘legende’ die stelt dat Schmidt en Bannink Heerlijk duurt het langst geschreven zouden hebben zonder ooit een musical gezien te hebben. Truusje Vrooland-Löb schijft een boeiend en kleurrijk stuk over de vele illustratoren die Schmidts werk in beeld gebracht hebben. Veel aandacht is er ook voor de ambivalenties in Schmidts persoonlijkheid en werk. In ‘K van liever kat dan dame’ noemt Joke Linders het kat-dame-motief typisch voor Schmidts dilemma’s twijfel. In zijn stuk over de invloed van de muziek op haar werk stelt Ivo de Wijs: ‘Annie bestond uit twee delen’, haar conventionele en haar rebelse kant. Janneke van der Veer heeft het dan weer over haar verlangen naar een veilige haven tegenover haar neiging tot weerbarstigheid. Op die tweede kant gaat Linders dieper in als ze het heeft over het eigengereide van Schmidts personages en de roep om vrijheid en onafhankelijkheid. Veel aandacht is er ook voor de bijzondere taal van Schmidt. Wanneer Linders het heeft over ‘de speelse protesten tegen de beknelling van regeltjes en normen’, stelt ze: ‘Het is de taal, de dartelheid van haar woorden, het steeds wisselende ritme, het plezier in rijm en grappige namen die daar de ruimte voor creëerden.’ In haar stuk speelt Gerda Dendooven met woorden met een X, waarbij ze Schmidts liefde voor de taal en de bijzondere mogelijkheden ervan als voorbeeld neemt.

De bundel eindigt met ‘Ziezo’, dat korte woordje dat niet alleen de titel was van haar verzamelde kinderverzen, maar ook een soort leidmotief in haar hele werk. Voor Linders wat dit kleine woordje de diepere laag van haar werk samen, een laag die gebald haar levensmotto weergeeft: ‘Neem het heft in eigen handen, stel je niet aan, doe gewoon en zeur niet.’ Het is een motto dat blijft hangen. Alles bij elkaar is Het ABC van Annie MG een waardig eerbetoon aan een van de invloedrijkste Nederlandse auteurs.

Amsterdam : Meulenhoff 2016, 251 p. : ill. ISBN 9789029090865

deze pagina printen of opslaan



ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri