2+ - Hij doet het
weer, Hervé Tullet. De maker van onder Een citroen is roze(2001) en Een
boek (2010) veegt opnieuw je hele verwachtingspatroon op een hoopje. Wie
zijn eerdere publicaties kent, verwacht van een Tullet-boek iets aparts, iets
verrassends. Ik ben Blop! is dat zonder twijfel. Want kun je een
bundeling van 104 bladzijden Blops — of is het ‘Bloppen’? — een boek noemen?
Eerste pagina: ‘Hallo ik ben Blop!’. Een dikke x met
onregelmatige, gul afgeronde benen poseert onder de tekst. Tweede pagina:
‘zwarte Blop’. Veertiende pagina: ‘Blop gaat omhoog’. 56ste pagina: een
Blop-hemel. 78ste pagina: dierenblops. Bij elke bladzijde die je omslaat, opent
Tullet een deur van zijn absurdistisch denkhuis. Blops in verschillende designkleuren, de familie Blop,
Blop in het museum.
Geleidelijk wordt het boek een
uitnodiging tot spel, waarbij de lezer steeds meer ideeën aangereikt krijgt.
Haast onbewust groeit de zin om zelf een Blop te creëren. Hongerig naar nieuwe
input, bladert die geboeide lezer verder. Tot er ergens in zijn brein een eigen
Blopcreatie omhoog floept. Nieuwsgierig of ‘zijn Blop’ verder in het boek is
uitgewerkt, slaat hij de laatste bladzijden om. Of hij gaat meteen aan de slag.
En wie na het doorbladeren van zoveel Blops de drang niet voelde of wie zijn ei
gewoonweg niet kwam, krijgt op de laatste pagina wat huiswerk mee: ‘Kan een
Blop vliegen?’, ‘Wast Blop zich wel?’
Tullet communiceert met zijn
lezer. Hij triggert hem om mee te gaan in zijn denkbeeldige wereld. Die wereld
is absurd en eenvoudig, maar juist daardoor zo intrigerend en uitnodigend. En toch
is het geen instapklaar boek. De lezer moet aan de slag met de open beelden met
wat karige tekst erbij. Bij ‘Blopjes op de speelplaats’ moet hij de in een
cirkel geplaatste Blops interpreteren als een kring kinderen, de Blop in het
midden als de leider van de rondedans en de grote Blop naast de kring als de
opzichter. Een pagina verder wordt gevraagd welke Blop hij het mooist vindt: de
kleurig bekladde of de keurig bestipte versie.
In ‘een Blop-verhaal in blauw en roze’ stormt
een leger blauwe Blops af op een leger roze Blops. In acht leesvensters volgt
de lezer het gebeuren. Een veld paarse Blops met daarin één roze en één blauwe
Blop is het eindpunt. Die eenlingen vormen een uitnodiging voor de kijker om
verder te denken. Smelten ze ook samen? Trekken ze weg van elkaar? Of zijn zij
het startpunt van het omgekeerd proces?
In
Ik ben Blop! is de lezer is voortdurend aan zet. Wie mee is met het
spel, beleeft er plezier aan. Wie het spel niet vindt, veroordeelt dit boek tot
bizar en excentriek.
Hervé Tullet: Ik ben Blop!,
Oogappel, Antwerpen 2013, 104 p. : ill. ISBN 9789002244124. Distributie
Standaard Uitgeverij
deze pagina printen of opslaan