Caleidoscoop
van de geest
In een
afgelegen buurtschap nabij de grens arriveert de Australische schrijver en
heremiet Gerald Murnane (1939), met als enige doel in volkomen afzondering te
mijmeren, in zijn herinneringen te graven, beelden op te roepen en over die
geestesactiviteit een verslag te schrijven. Zijn blik zal hij 'hoeden',
beperken tot wat zich aan de rand van het blikveld bevindt, in de hoop de
beelden in zijn geest beter te vatten. Tijdens zijn dagelijkse wandeling in de
buurtschap, passeert de schrijver een protestants kerkje en werpt er een
zijdelingse blik op. Hij verbaast zich over de veranderende kleur van een
gebrandschilderd glasraam, onmiskenbaar veroorzaakt door licht dat van
binnenuit komt. De vage aanblik van het licht, de kleuren en het abstracte
patroon in het glas roept geestesbeelden op, die hij nauwgezet zal beschrijven
in zijn verslag: Grensgebieden.
De schrijver herinnert zich
het houten kerkje waar hij de zondagen van zijn jeugd doorbracht. Tijdens zijn
middelbare schooltijd bij de broeders, vijftig jaar eerder, beleefde Murnane
een periode van godsdienstijver. Hij vroeg zich herhaaldelijk af wat er in de
hoofden van biddende mensen speelde. Die vraag stellen in aanwezigheid van de
goddelijke manifestatie, was toen ondenkbaar. Later verloor hij zijn geloof,
naar eigen zeggen door 'klakkeloos' te lezen, maar de beelden (bijvoorbeeld van
de Heilige Drie-eenheid) bleven. Nog later kwam Murnane tot de vaststelling dat
hij de taal der abstracties niet begreep en tijdens het lezen voortdurend in beslag
werd genomen door beelden. In zijn geest vormden zich eindeloze landschappen
die slechts in beperkte mate overeenkwamen met de beschrijvingen in de boeken
die hij las. Terwijl hij zich dat alles herinnert, neemt hij het besluit de
'grensgebieden tussen het geesteslandschap van de lezer en dat van de
schrijver' grondig te verkennen.
Zelden is Murnane buiten de grenzen geweest van de staat
waar hij woont. Televisie of computer heeft hij niet. Hij tikt zijn boeken op
een schrijfmachine en behelpt zich met herinneringen en de documenten en
objecten in zijn archief. Hoewel in hoge mate vrij van
moderne ruis, is Murnanes geesteslandschap geen samenhangend geheel, eerder een
verzameling beeldfragmenten, alsof je door een caleidoscoop kijkt. Net als bij
het gebrandschilderde glas van het protestantse kerkje in de buurtschap, ziet
hij in zijn geestesbeelden een spectrum van kleuren en lijkt het licht van
binnenuit te komen.
Terwijl hij schrijft, ontstaan
voortdurend nieuwe beelden. Murnane onderwerpt ze aan een diepgaand visueel
onderzoek en verkent interessante hypothesen. Door in het begin van een nieuwe
alinea telkens te verwijzen naar het moment waarop hij de vorige alinea
schreef, probeert hij elk opdoemend geestesbeeld tegelijkertijd in het raamwerk
van zijn herinneringen te passen en te projecteren op het nu. Hij vraagt zich
af of er zoiets als een oerbeeld bestaat, gevormd in de kindertijd, en of we –
in onze herinnering – een onderscheid kunnen maken tussen wat we met eigen ogen
zagen, wat we lazen of hoorden en wat de vrucht is van onze fantasie. Wat
verkiezen we ten slotte: 'verzinsel of waarachtigheid', 'verzaking of
ervaring'?
In Grensgebieden
maakt Murnane voortdurend sprongen in tijd en ruimte. Soms kijkt hij door de
ogen van een romanpersonage of van iemand die hij ooit kende, of van iemand die
die persoon kende, maar hijzelf niet. Hij ontdekt dat beelden in de herinnering
almaar gerecycleerd en op nieuwe ervaringen geprojecteerd worden. Zo ontstaat
een ingewikkeld raamwerk in ons geheugen, waarbij het onmogelijk wordt waarheid
van fictie en binnen- van buitenkant te onderscheiden. Rijst de vraag of dit
relevant is.
Net
als in zijn eerder vertaalde roman De vlakte, schept
Murnane fata morgana's: geestesbeelden waarvan de contouren verdwijnen zodra je
ze scherp probeert te krijgen, maar die wel als een soort abstractie in je
herinnering blijven hangen. Murnane verbeeldt het suggestieve,
laat je in een mum van tijd een onbegrensde horizon aanschouwen, brengt je
zelfs in de nabijheid van het sublieme, om vervolgens je blik volkomen onscherp
te maken. Verbluffend! Het lijkt wel een goddelijke manifestatie. Murnane
noemt het zelf nuchter een techniek, vergelijkbaar met hoe Proust te werk ging,
door 'de gevoelens van een fictief personage zo te beschrijven dat de lezer
zich nader tot dat personage voelt dan tot welke levende persoon ook'.
Aan de hand van
herinneringen, verhalen over herinneringen van anderen en wat zich in het hier
en nu aan de rand van zijn blikveld bevindt, bouwt Murnane een ingenieuze,
bedwelmende metastructuur van aannames op, waarin je hoe dan ook verdwaalt.
Terwijl je aandachtig de beelden in je eigen geest en de grenzen van je
blikveld zit te bestuderen, slaat onherroepelijk de twijfel toe: stemt wat je
ziet wel overeen met wat je in dit boek leest?
'Het leven, als een bonte glazen
koepel,
bevlekt de witte gloed der Eeuwigheid'.
(P.B.
Shelley)
Tijdens
zijn tocht door de grensgebieden van de geest, ontdekt Murnane dat de aanblik
van het gekleurde glasraam van het protestantse kerkje in de buurtschap exact
overeenkomt met zijn herinnering aan de kapel van de religieuze broederschap
waar hij middelbaar onderricht genoot. Vreemd genoeg kan hij zich één ding niet
herinneren: de ramen van die kapel.
Gerald Murnane: Grensgebieden,
Signatuur, Amsterdam 2021, 186 p. Vertaling van Border Districts door Thijs van
Nimwegen. ISBN 9789056726843. Distributie Standaard Uitgeverij
deze pagina printen of opslaan