Non-fictie

BOEKEN NR. 10, NOVEMBER 2020

Christiane Stallaert: Het verdriet van Spanje

door Bart Vonck

Spanje zoekt nog altijd naar zichzelf   

De geschiedenis van Spanje is nog altijd zeer nauw verbonden met het ‘proces van etnisch-religieuze natievorming’, schrijft hispaniste en antropologe Christiane Stallaert, hoogleraar Spaanse en Latijns-Amerikaanse Studies en Interculturele Communicatie aan de Antwerpse Universiteit. De auteur is niet aan haar proefstuk toe en publiceerde al eerder over Spanje gezien door de bril van etniciteit, nationalisme en interculturaliteit. De titel van haar boek is natuurlijk een verwijzing naar de roman Het verdriet van België, waarin Hugo Claus het collaboratieverleden van ons land (toch vooral van Vlaanderen) beschreef. Spanje ‘durft het eigen verleden nog steeds niet onder ogen zien.’ En ook ‘intellectuelen die niet van Franco-sympathieën kunnen worden verdacht, sluiten zich hierbij aan en leveren, soms ongewild, de academische argumentatie om het verleden vooral met rust te laten.’ Dat het Spaanse volkslied nog altijd ‘tekstloos’ weerklinkt, is daarvan een concreet voorbeeld. De twee Spanjes (het conservatieve en het progressieve) kunnen nog niet zonder controverse omdat ze trouw willen blijven ‘aan eenzelfde vaderland.’
 
Dat de discussie nog altijd emotioneel opgepookt wordt, is ook te wijten aan een nieuwe, virulente extreemrechtse politieke partij, Vox, die zich in 2018 op de kaart zette en een ‘derde Reconquista’ (‘Herovering’) voorstaat. De eerste dateert van 772 (het land werd ‘bevrijd’ van de moslimheerschappij), de tweede van 1936 (Spanje door Franco ‘gered’ uit de ‘klauwen’ van communisten en separatisten). Bij Vox staat heel wat op het programma. De partij vecht tegen ‘Catalaanse nazi’s’, ‘antikatholieke en pro-islamitische linksen’, salafisten en ‘illegale immigratie’. Het is tijd voor de juiste ‘historische waarheid’ en, ja, je leest het goed, de heropleving van ‘de haat tussen de Spanjaarden’. Vox zit ook in het Europese Parlement en vervoegt daar andere extreemrechtse en ‘illiberale’ partijen, en ook de N-VA die ongenuanceerd de separatistische Catalaanse leider Puigdemont steunt.
 
Als hispaniste en antropologe gaat Stallaert in een ‘langetermijnperspectief’ staan, een visie die ontwikkeld werd door de Franse sociale historicus Fernand Braudel. Braudel schreef over de periode die eindigt met de dood van Filips II in 1598. Dat wordt dan Stallaerts nieuwe startpunt ‘van de zoektocht naar de historische constructiefout in de Spaanse natie’. Maar de auteur vergeet niet de periode van vóór het einde van de zestiende eeuw en doorloopt eigenlijk zo goed als de hele Spaanse geschiedenis. Zo krijgt de lezer een historische lijn aangereikt die uit tal van documenten en feiten bestaat. Stallaert geeft ook heel wat ruimte aan filosofische en historische boeken die de achtergrond vormen van de historische gebeurtenissen en die ze beknopt door haar verhaal heen weeft en die op zich een intellectuele geschiedenis ontplooien.
 
Toen de Morisken (de Moorse inwoners van Spanje die na de opstand van Alpujarras in 1499-1501 gedwongen waren christen te worden) in 1609 verdreven waren, moest het in Spanje allemaal gemakkelijker worden. Want vanaf dat moment hadden alle Spanjaarden ‘oud-christelijk bloed’ en werd er een zuivere etniciteit bereikt. De geschiedenis ontkent echter dat Spanje op die manier één natie zou worden. Een nieuwe breuklijn tussen Spanjaarden en anti-Spanjaarden liep uit op de Burgeroorlog en de dictatuur (1936-1975).
 
Het boek bestaat uit drie onderdelen en daartussen schuift de auteur vier bijdragen over een streek die vaak vergeten wordt, Extremadura. Stallaert onderzoekt wat er met dat gebied, dat ‘historisch gezien onderdeel was van Castilië,’ is gebeurd. Het lag immers tussen al-Andalus (het islamdeel van Spanje) en het door de christenen heroverde gebied. Extremadura bleef arm en kende veel grootgrondbezit. Op 25 maart 1936 bezetten 60.000 boeren de herenboerderijen en herverdeelden het land. Maar Franco stak daar een stokje voor en in de stad Badajoz werd een ware slachting voltrokken. De auteur laat mensen uit de streek aan het woord en schrijft, in vier deeltjes, een onderbouwde alternatieve geschiedenis van de regio. Zo ontsnapt ze ook aan de soms droge, historische lijn die in de drie grote onderdelen van het boek aangehouden wordt.
 
Zelden las ik, in een boeiend boekdeel, hoe Spanje uitgroeide tot een geschiedkundig zeer divers land dat nu volwaardig lid is van de Europese Unie. In het eerste deel maken we kennis met een samenlevingsmodel dat met het woord ‘convivencia’ aangeduid wordt, een multireligieus samenleven van christenen, moslims en joden dat tot 1492 duurde. De drie groepen en hun ontwikkeling worden uitvoerig geschetst. Wat in de Inquisitie aan het licht kwam, de etnische zuiverheid van de christelijke traditie, heeft uitlopers die ook het huidige Spanje bepalen. Het samenlevingsmodel was eigenlijk gebaseerd op de christelijke geloofszuiverheid, en de andere tradities moesten zich daarnaar schikken. Zo ontstond de strijd tussen het ‘zuivere’ Spanje en het ‘anti-Spanje’, tussen het conservatieve en hervormingsgezinde of liberale Spanje. Stallaert gaat alle historische evoluties na die daarmee verband hielden, tot in 1936, toen Franco de titel ‘Caudillo van de nieuwe Reconquista, heer van Spanje, dat herrijst in zijn geloof’ toebedeeld kreeg.  
 
In het tweede deel overloopt Stallaert de geschiedenis van de verschillende Spaanse regio’s en hun typische problematiek. Tijdens de lectuur kreeg ik hoofdpunten en details opgediend van evoluties die tot op vandaag hun tentakels uitslaan. Castilië, Baskenland, Catalonië, Andalusië en Ceuta en Melilla (in Marokko) krijgen hun plaats in de veelkleurige Spaanse geschiedenis. In het derde deel dat in 1992 begint en over het herstel gaat van een diep verdeeld land, herhaalt Stallaert opnieuw haar hoofdstelling:  
 
‘De Spaanse natievorming is een eeuwenlang proces geweest van uitsluiting, eerst op etnisch-religieuze, later op ideologische gronden. Opeenvolgende categorieën van de bevolking werden als “vreemd” bestempeld en moesten uit de natie worden verwijderd.’
 
Spanje was een ziek ‘volkslichaam’ dat voortdurend geamputeerd moest worden. Ook de huidige geschiedenis is daaraan nog schatplichtig. De wonden van de Burgeroorlog (conservatief tegen liberaal) zijn nog altijd niet geheeld, ook al werden wetten ingevoerd die op basis van de historische herinnering een gezonde natie moesten voortbrengen. Deze evolutie is nog altijd met veel tragiek aan de gang.
 
Stallaert heeft haar verhaal grondig aangepakt. Ik heb veel bijgeleerd. En ik zal het boek nog vaak consulteren als ik naar de historische en intellectuele context van een actueel Spaans probleem op zoek ga. Ik doe ook mijn voordeel met het zorgvuldige notenapparaat en de uitgebreide bibliografie. De auteur doet met brille de Spaanse geschiedenis uit de doeken en steunt daarbij op de lectuur die ze jarenlang bijeengesprokkeld heeft. Stallaert is verknocht aan een Spanje dat open wil zijn en wil leren uit zijn vaak hobbelige evolutie. Dat ze haar verhaal ziet als een ‘persoonlijke bijdrage tot een debat dat in volle beweging is’ zorgt voor diepgang en nuance. Spanje moet niet, het koste wat het kost, het ‘verhaal van een mislukking’ en ‘een pijnlijke anomalie binnen Europa’ zijn. De auteur draagt feiten aan waaruit een historische waarheid kan ontstaan die het niet mag afleggen tegen een ‘postwaarheid’ die oprijst uit emoties.
 
Christiane Stallaert: Het verdriet van Spanje. Een natie op zoek naar zichzelf, Vrijdag, Antwerpen 2020. 296 p. ISBN 9789460018985. Distributie Elkedag Boeken 

deze pagina printen of opslaan

Nieuwe recensies

BOEKEN NR. 3, MAART 2024

Binnen in de aarde is een berg

Hester Knibbe

De zomers

Ronya Othmann

Het mensenschip

Autran Dourado

Onze James. De vrouwen van Ensor

Jan Bultheel, Eric Min (nawoord)

Woestijnpassages

Emmelien Kramer

naar overzicht

JEUGDBOEKEN NR. 3, MAART 2024

Een toren van tijgers

Lizette de Koning, Gareth Lucas (ill.)

Eenbeen

Thijs Goverde

Roofvogels. De mooiste en machtigste dieren in de lucht

Walter De Raedt, Joris De Raedt (ill.)

Salto

Arndís Thórarinsdóttir, Linde Faas (ill.)

Springlevend

Saskia de Bodt

naar overzicht


ontwerp: Ann Van der Kinderen   |   programmatie: dataweb   |   © MappaLibri