Lieneke Frerichs publiceerde al in 2021 de veelgeprezen
biografie van J.H.F. Grönloh (1882-1962), beter bekend onder zijn pseudoniem
Nescio. In dat boek besteedde ze veel aandacht aan het feit dat Nescio, naast
de klassiek geworden novellen De uitvreter
(1911) en Titaantjes (1915),
gedurende zijn hele leven brieven schreef aan zijn naasten. Een selectie hiervan
is nu door Frerichs bezorgd en gebundeld voor het grote publiek.
Het gaat om brieven
die geschreven zijn tijdens de Tweede Wereldoorlog, in een periode dat Nescio
en zijn vrouw in Amsterdam verbleven terwijl hun getrouwde dochters elders
woonden. De vijvenvijftig brieven illustreren de moeilijke situatie waarin
Nescio en zijn echtgenote Osje leefden. Toch geeft de schrijver nergens kritiek
op de Duitse bezetting: dat doet hij om zijn familie te beschermen. Onderwerpen
betreffen veeleer het dagelijks leven, het bijeensprokkelen van eten, de
zoektocht naar brood (waartoe soms urenlange fietstochten voor nodig waren).
Het echtpaar probeerde hun kinderen op alle mogelijke manieren te helpen, bijvoorbeeld
door het versturen van pakketten of voedselbonnen.
Tegelijk waren ze zoals reeds
gezegd voorzichtig in hun woordkeuze om hen voor problemen te behoeden.
Desalniettemin geeft Nescio nauwkeurig weer hoe penibel de situatie in de
hoofdstad wordt naarmate de tijd verstrijkt. Om warm te blijven dient er hout
gevonden te worden, maar omdat die brandstof steeds schaarser wordt, halen
mensen houten meubelen uit verlaten huizen of peuteren ze zelfs houtblokjes los
uit de trambanen. Verwarming en voedsel zijn niet de enige problemen, want omdat
ook het gas opraakt, zit iedereen ’s avonds steeds vaker letterlijk in de
duisternis. Pas na de oorlog zal Nescio toegeven dat hij angstiger en pessimistischer
was dan hij liet blijken in zijn briefwisseling.
De brieven zijn nauwgezet en in
stijl goed vergelijkbaar met zijn literaire werk. Nu en dan is de toon zakelijk,
bijvoorbeeld over een pakket boontjes dat is aangekomen, dan weer nemen gevoelens
tussen hoop en vrees de overhand. Zelfs wanneer de Canadezen de stad inrijden,
blijft bij Nescio de vraag hangen of de oorlog nu werkelijk voorbij is en of er
wel echt ‘een nieuwe tijd’ zal aanbreken. Of, zoals Nescio het formuleert:
‘Een optocht van
onbegrijpelijke auto’tjes en auto’s. Engelschen en Canadeezen waren heel weinig
te zien, je zag meest jongens en meisjes die meereden, ook een opoe met een
bril op.’
Nog steeds hangt over het dagelijkse leven een waas van onzekerheid. De
beschrijvingen maken dat je als lezer steeds dicht op de huid van de schrijver
zit. Het is Nescio’s verdienste dat je het gevoel krijgt in zijn hoofd te
zitten, eerder nog dan dat je je realiseert dat je brieven aan anderen zit te
lezen. Zelf verwoordt Nescio het als volgt: ‘Soms heb ik ’t gevoel dat ik een
dagboek schrijf, dat plotseling zal afbreken’. Hij was zich zeer bewust van het
historische belang van het geschreven woord, getuige daarvan een opmerking
zoals ‘Bewaar dezen brief, dan kun je misschien later
nog eens nagaan hoe een Amsterdammer was en leefde in December 1944’, aldus op
13 december 1944 in een brief aan zijn kinderen.
Meer nog dan een levensdocument
van een schrijver, is Zingen in het
donker een beeld van een mens die probeert te overleven tijdens de oorlog
en vijandige bezetting. Nescio’s gave voor het woord maakt dat je ook tachtig
jaar na datum nog vlot kan nalezen hoe het dagelijkse leven écht was. Frerichs
is er door haar nauwgezetheid bij het archiefonderzoek, het notenapparaat en de
lange lijst met namen die in de brieven vermeld worden, in geslaagd een zeer
leesbaar boek te creëren voor elke literatuurliefhebber. Ook de illustraties
(foto’s uit die tijd en facsimiles van enkele brieven) zijn een pluspunt. Misschien
nog belangrijker: Zingen in het donker is
een authentiek document geworden voor elkeen die zich wil verdiepen in het
dagelijks leven van de gewone mens tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Nescio: Zingen
in het donker. Brieven uit de hongerwinter, Van Oorschot, Amsterdam 2025, 216
p. ISBN 9789028251243. Distributie New Book Collective
deze pagina printen of opslaan